Neoromaanse kerk gebouwd in 1937 naar plannen van architect Jozef Viérin (1872 - 1949) uit Brugge. De kerk is west-oost-georiënteerd en is gelegen op een groot driehoekig omhaagd en beboomd perceel tussen de Cryptelaan, de Alfons Gossetlaan en de Nieuwe Gentsesteenweg.

In 1931 werd er in Zellik (Asse) ten noorden tegen de grens met Groot-Bijgaarden en Sint-Agatha-Berchem een voorlopige hulpkerk opgericht als wijkkapel, toegewijd aan de Heilige Familie en afhankelijk van de Sint-Bavoparochie van Zellik. De Heilige Familiewijk werd in 1936 een kapelanij van de Sint-Bavoparochie van Zellik. De nieuwe kerk zelf werd gebouwd in 1936-1937 op het grondgebied van Groot-Bijgaarden en ingewijd op 24 oktober 1937 door hulpbisschop Monseigneur Van Cauwenbergh. In het kadaster geregistreerd in 1938. In 1938 werd het een zelfstandige parochie die zowel op een deel van het grondgebied van de gemeente Zellik, als op Groot-Bijgaarden en Sint-Agatha-Berchem lag. De doopkapel werd in 1978 omgevormd tot kleinere weekkapel omwille van het verwarmingsprobleem van de grote kerkruimte.

De west-oost georiënteerd plattegrond vertoont een longitudinale kruiskerk, aan oostzijde voorafgegaan door een lager aangebouwd inkomportaal, een schip van vijf traveeën, een kruisbeuk van één rechte travee met vlakke sluiting en een westelijk koor van één rechte travee met een halfronde koorafsluiting. In de noordwestelijke oksel van de kruisbeuk en het koor bevindt zich een vierkante toren, in de oksels tussen het schip en het transept bevinden zich ronde uitbouwsels van een kapel (?), ten zuiden van het koor is er een uitbouw van een sacristie (?) aanwezig.

Decoratief uitgewerkte baksteenbouw, onder andere door het gebruik van een dambordpatroon in de puntgevels en bij het uitwerken van de friezen. De kerk heeft een leien zadeldak en toren onder een zinken tentdak, ronde uitbouwsels van koor en kapellen onder leien kegelvormige bedaking en inkomportaal onder leien lessenaarsdak. Rondboogvormige muuropeningen.

Kerk met een eenvoudig bepleisterd interieur en een zichtbaar houten gebint. Grote scheibogen tussen de viering en het koor en de kruisbeuken. Veelvuldig gebruik van keramiektegels vervaardigd in het kunstatelier Helman in Sint-Agatha-Berchem, ook de vloer van het koor die afkomstig is uit de kapel van de Internationale Tentoonstelling van 1935 in Brussel.

Bijna al het mobilair dateert uit de bouwperiode en is op enkele uitzonderingen na naar ontwerp van beeldhouwer-architect R. Glorie uit Ukkel:

Sint-Jozefbeeld (Jan Boedts 1941); beeldengroep Heilige Familie (1946) in witte Franse similisteen; sober modern hoofdaltaar (1937) van zwarte marmer en keramiek met tabernakel van koper. Twee zijaltaren van 1942: noordelijk altaar van Onze-Lieve-Vrouw met mozaïek in gepolychromeerde keramiek en zuidelijk altaar met Heilig Hartbeeld in Franse witte steen; keramieken communiebank en preekstoel (1941) naar ontwerp van Marcel Rau en Raymond Glorie met halfverheven beeldhouwwerk; twee houten biechtstoelen (1943); Hardstenen doopvont met koperen deksel (1944); kruisweg (1960) naar ontwerp van Maurits Van Assche uit Kortrijk; de glasramen (1950) van het koor stellen vijf taferelen uit het leven van de Heilige Familie voor, door Pierre Klein; in 1947 werden er drie klokken gewijd (klokkengieterij van de Ateliers Fonderies – Petits-fils des Causard – G. Slégers in Tellin).