erfgoedobject

Goed Harlembois

bouwkundig element
ID
205143
URI
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/205143

Juridische gevolgen

  • is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Goed Harlembois
    Deze vaststelling is geldig sinds

  • is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Goed Harlembois
    Deze vaststelling was geldig van tot

Beschrijving

Goed "Harlembois". Centrum van de voormalige heerlijkheid Harlembois, voor het eerst vermeld in de 14de eeuw; thans goed bewaarde hoevesite met roterij en zwingelarij, gelegen tussen de Kortrijksesteenweg en de oude en de nieuwe Leiearm.

Historiek

14de eeuw. Eén van de eerst gekende bewoners van de hoeve is Agnes Harlebouds († 1380), van wie de hoevenaam mogelijk is overgenomen. Zij was getrouwd met Robrecht van Reijghersvliete († 1382). In 1398 wordt het leen geërfd door Katharina Ringhelvliete.

15de eeuw. De oudste nog bewaarde tekst over het goed dateert van 1421. In de 15de eeuw wordt de hoeve naar verluidt vermeld als de "Roode poorte" en omschreven als een bedrijf van 19 bunder onder land, water, "singhele" en meers. In 1456 verkoopt Lodewijk Witton, heer van Reynaertsvliete en Herlebouts, het goed aan Gillis van Coudewerve. De erfgenamen van Jacob van Coudewerve verkopen het leen in 1493-1494 aan Jan Kelderkin of Uuten Keldere.

16de eeuw. In 1503-1504 erft zijn dochter Johanna het leen. In de 16de eeuw wordt de naam verfranst tot "Harle(m)bois" of "Rouge Porte". Vanaf 1545 is het goed eigendom van de familie d'Ennetières. In 1545 vermeldt men dat de hoeve een "maison, grange, estables, prez, pastures et terres labourables" omvat. Een pachtcontract van 1587 toont het bestaan van een toegangspoort aan.

17de eeuw. Vanaf 1632 hoort bij de hoeve een kapel waarover het kapittel van Harelbeke het patronaatsrecht heeft. Rond het midden van de 17de eeuw wordt de hoeve ernstig beschadigd door het oorlogsgeweld en worden de bomen van de dreef omgehakt. Een document uit 1677 meldt dat er een nieuwe stal wordt gebouwd tussen de schuur en een duiventoren.

18de eeuw. In 1702 wordt in de kapel een gewijde klok gehangen. Een groot deel van de gronden van de hoeve gaan verloren wanneer de steenweg Kortrijk-Gent in opdracht van de kasselrij van Kortrijk in 1716-1722 wordt aangelegd. In 1760 verkoopt de familie Ennetières het goed aan de echtgenote van Jan Frans Hopsomere. Op de kaart uit het landboek van Harelbeke-buiten, opgemaakt in 1768 door landmeter Frans De Bal en thans bewaard in het Rijksarchief van Kortrijk, is de "hofstede d'harlebois" eigendom van de heer Hopsomer en bestaat de hoeve uit een omwalde motte, met ten zuiden daarvan, binnen een tweede omwalling, het neerhof met de hoevegebouwen. Het uitgebreide grachtensysteem en de wallen getuigen van een vochtige bodem in de nabijheid van de Leie. De hoevesite is toegankelijk via een dreef vanuit de latere Kortrijksesteenweg, waarlangs de kapel staat. Tevens weergegeven op de Kabinetskaart van de Oostenrijkse Nederlanden, opgenomen op initiatief van Graaf de Ferraris (1770-1778). Bij de onlusten ten tijde van de Franse revolutie gaat in 1797 een deel van het meubilair van de kapel verloren.

19de eeuw. Volgens het primitief kadasterplan (circa 1835) is de hoeve in het begin van de 19de eeuw eigendom van de Parijse generaal le Marrois, doch wordt ze gebruikt door Pieter Vandenbulcke. De kapel aan de toegangsdreef wordt nog afgebeeld, het poortgebouw niet. Zowel het gereduceerd kadasterplan (1853), als de Popp-kaart (1856) geven de kapel niet meer weer. In 1863 registreert het kadaster een verbouwing van het woonhuis; volgens de mutatieschets wordt het in westelijke richting uitgebreid met een kleine uitbouw. Het kadaster meldt in 1880 de verkoop aan de familie Coucke, maar al in 1884 laat notaris Vandevenne uit Zwevegem opnieuw verbouwingen uitvoeren. Een quasi vrijstaand volume ten zuiden van de parallel met het woonhuis gelegen stalvleugel wordt afgebroken en een nieuwe uitbreiding wordt voorzien aanpalend aan de lange stalvleugel. Op dat ogenblik worden ook het bakhuis en het wagenhuis aan de westzijde van het erf opgetrokken.

20ste eeuw. In de eerste helft van de 20ste eeuw ondergaat de site ingrijpende veranderingen. In 1939 wordt in opdracht van Paul en Jules Coucke ten westen van het erf een roterij opgetrokken, wordt de motte genivelleerd en de omwallingen gedempt. In 1940 bouwt men in het verlengde van de roterij een zwingelarij. Naar verluidt worden de bijgebouwen in de jaren 1960-1970 tot stallen verbouwd.

Beschrijving

Hoeve bestaande uit een woonhuis, wagenkot, bakhuis, schuur, stallen, roterij en zwingelarij, gelegen rond een centraal, niet verhard erf op het einde van kronkelende grindweg die thans tussen de bedrijfsgebouwen aan de steenweg de site verbindt met de Kortrijksesteenweg. Bewaarde fundamenten van het poortgebouw aan de erftoegang.

Aan de noordzijde van het erf ligt het 18de-eeuws boerenhuis op T-vormige plattegrond; oorspronkelijk grondplan in de eerste helft van de 20ste eeuw in de oksel van de achterzijde uitgebreid met twee aanbouwen onder plat dak en met onder meer erkervenster aan de westelijke uitbouw. Verankerde baksteenbouw onder pannen zadeldaken met lichte knik en met wit beschilderde erfgevel. Het boerenhuis is opgebouwd uit een éénlaags woongedeelte. Verspringend volume zie links hoger opgetrokken opkamer van twee traveeën met gecementeerde zijgevels. Rechthoekige openingen met bewaard 19de-eeuws schrijnwerk (onder meer enkele luiken). Toegangsdeur met sluitsteen met diamantkop. Ten westen van de woning, kleine, ommuurde siertuin met buisleuning tussen bakstenen pijlertjes.

Ten oosten van het boerenhuis sluit een L-vormige stalvleugel aan. Zijgevel met laadluik en luchtsleuven. Aan de westzijde van het erf staat een 19de-eeuws wagenhuis met centrale doorgang, afgesloten door houten schuifpoorten, onder een houten dakvenster. De doorgang is in oorsprong aan beide zijden geflankeerd door een segmentboogvormige inrit, waarvan de linker later is gedicht. Kopgevel naar straatzijde doorbroken door twee grote vensters met rolluiken.

Tweeledig bakhuis (bakoven-werkruimte); baksteenbouw met gebruik van blauwgrijze Doornikse kalksteenblokken voor de korfboogvormige omlijsting van de ingang. Zadeldak van bruinrode pannen. Centrale rookvang en schoorsteen. Betonnen roterij met zeven rootkamers, vermoedelijk gerealiseerd in drie bouwfases (vier, één en twee rootkamers). Elke rootkamer is voorzien van een kijkgat (drie inkepingen voor de kijkgaten); later vervangen door ijzeren schuifdeuren op hangrail. Bovenliggende verdieping met waterbak. Stookplaats.

Bakstenen zwingelarij met gebruik van beton voor de platte bedaking en de vensters; schuifpoorten. Aan zuidkant, aanbouw uit de tweede helft van de 20ste eeuw.

  • Kadasterarchief West-Vlaanderen te Brugge, 207: Mutatieschetsen, Harelbeke, 1884/43, 1939/36, 1940/17.
  • Provincie West-Vlaanderen, Inventaris vlaserfgoed in het Leiebekken, Brugge, onuitgegeven studie, 2003-2007, inventarisfiche HAR001.
  • Rijksarchief Kortrijk, Aanwinsten VI, nummer 1933: Zesde carte figurative van Den sesden canton genaemt Harlebois palende suyd ten oosten over den Deerlycksche herwegh de twee volgende cantons, in Landboek van Harelbeke-buyten, J. De Lannoy naar plan van F. De Bal, 1768.
  • Onze vlasvezelbereidingsnijverheid. Jaarboek 1941. Textielcentrale, Kortrijk, 1941, p. 128.
  • OOGHE R., DEBRABANDERE F., DESPRIET P., Archeologische en historische monografieën van Zuid-West-Vlaanderen, Deel 1 Kortrijk, Kortrijk, 1979, p. 77.
  • Twintig Zuid-Westvlaamse hoeven. Een inleiding tot de studie, de kennis en de herwaardering van onze aloude boerderijen, Deel 3, Kortrijk, 1978, p. 59-66.
  • Uit eigen streek: Een dorp in de West, Harelbeke, De stad der Forestiers (3), in Curiosa, volume 38, nummer 377, 2000, p. 24.
 

Bron: VANWALLEGHEM A. & CREYF S. 2009: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Harelbeke, Deel I: Stad Harelbeke, Deel II: Deelgemeenten Bavikhove en Hulste, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL42, onuitgegeven werkdocumenten.
Auteurs: Vanwalleghem, Aagje; Creyf, Silvie
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Goed Harlembois [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/205143 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.