erfgoedobject

Stadhuis van Harelbeke

bouwkundig element
ID
205154
URI
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/205154

Juridische gevolgen

Beschrijving

Stadhuis van Harelbeke, voorheen "Huis Gheysens". Imposant, neoclassicistisch herenhuis van circa 1860 gelegen rechtover het kruispunt met de Leiestraat. De benaming van de woning verwijst naar de 19de-eeuwse eigenaarsfamilie Gheysens.

Historiek

Vanaf 1514 wordt op deze locatie een herberg "De Zwaan" vermeld, die nadat het gebouw in 1691 is afgebrand door rondtrekkende soldaten, terug wordt opgebouwd in het begin van de 18de eeuw.

19de eeuw. Het primitief kadasterplan (circa 1835) geeft twee kleinere huizen weer; achter de huizen bevinden zich rondom twee binnenkoeren enkele bijgebouwen waaronder een rosmolen, die later wordt omgevormd tot schuur. Het westelijk gelegen huis wordt bewoond door landbouwer Johannes Coucke, het oostelijk gelegen huis door pachter Pieter De Pauw.

Circa 1863 laat notaris Karel Gheysens (burgemeester van 1859-1878) beide woningen afbreken en er de huidige imposante woning optrekken (zie kadaster). De bijgebouwen worden gedeeltelijk gereconstrueerd. Het geheel wordt volgens het kadaster opnieuw in gebruik genomen in 1869.

20ste eeuw. In 1912 laat de familie Gheysens de thans afgebroken bijgebouwen verbouwen. In de jaren 1920 komt de woning in handen van de familie Verstraete die naar verluidt een houthandelszaak genaamd "'t Zwijntje" uitbaatte aan de Eilandstraat.

In 1948 wordt de herenwoning met bijhorende tuin, toen eigendom van Remi Verstraete, door de stad Harelbeke aangekocht op een openbare verkoop. Vanaf de jaren 1950 worden de stadsdiensten er ondergebracht, waarbij er achter de voormalige woning een kleine uitbreiding wordt voorzien. De tuin, gelegen tussen de Marktstraat, Stationsstraat en Ballingenweg, wordt volgens het kadaster in 1961 omgevormd tot stadspark. Begin jaren 1970 worden de oude tuinmuren verwijderd.

Na aankoop van de naastgelegen woning nummer 31 in 1979 worden het stadhuis en de woning kadastraal verenigd. Circa 1981 wordt het stadhuis uitgebreid onder meer met een magazijn van de aanpalende voormalige vlasfabriek (Marktstraat nummer 33-37). Dit bakstenen volume wordt, na verbouwingen, in gebruik genomen in 1987 zie bord "DIT COMPLEX WERD PLECHTIG IN GEBRUIK GENOMEN OP 14 NOVEMBER 1987 DOOR BURGEMEESTER ERIC PINOIE".

Sinds de tweede helft van de jaren 1990 is het stadhuis achteraan voorzien van een hedendaagse uitbreiding, getypeerd door toegankelijkheid, transparantie en eigentijds materiaalgebruik, ontworpen door architectenbureau De Hullu & partners cf. herdenkingsplaat met opschrift "OP 28 MEI 1999 / GEBEURDE DE OPENSTELLING VAN DIT / STEDELIJK ADMINISTRATIEF CENTRUM / DOOR BURGMEESTER LUC DECAVELE (...)".

In het najaar van 1999 en in 2000 krijgt het stadspark een volledige heraanleg door de tuin- en landschapsarchitect Laurens Van Elslander. De zieke en oude heesters en bomen worden opgeruimd, de ingang aan de Stationsstraat wordt vernieuwd en in het wegdek van de Stationsstraat wordt de ingang van het stadspark geaccentueerd. Daarnaast worden er platanen aan de ingang geplant en worden er sokkels met beeldhouwwerken voorzien.

Beschrijving

Voormalige woning. Deels onderkelderde, bakstenen woning van acht traveeën en twee bouwlagen onder zadeldak met zwarte Vlaamse pannen. Aan straatkant afgewerkt met een bepleisterde en wit beschilderde lijstgevel gecombineerd met arduin voor de plint en de typische neoclassicistische elementen zoals de kordonlijsten, borstweringen op de begane grond en geprofileerde poort-/vensteromlijstingen. Begane grond voorzien van belijnende imitatiebanden. De bredere derde travee wordt gemarkeerd door een fraaie koetsdoorgang onder een balkon op consoles; balkonvenster onder driehoekig fronton. Houten kroonlijst met tandrij en versierde modillons. Vernieuwd schrijnwerk van de jaren 1990. Zwaar verbouwde achtergevel, vermoedelijk gerenoveerd in de jaren 1990 samen met de aanleg van de koer en de daarrond liggende bijgebouwen en uitbreidingen.

Interieur. Traditioneel grondplan met (aangepaste) koetsdoorrit naar de koer. Vestibule met aanpalende salons, thans kabinetten van burgemeester en secretaris, en fraaie 19de-eeuwse bordestrap met ijzeren spijlen. Salons op de gelijkvloerse verdieping met stucwerkplafonds, parketvloeren en vermoedelijk in de jaren 1950 ingemaakte kasten en lambriseringen in neostijlen. Salons op de verdieping met slechts enkele, zeer eenvoudige 19de-eeuwse schouwen. Algemene interieurafwerking, voornamelijk op de verdieping, met lambrisering in imitatiemarmer gedateerd "MCMCXIX" (1999), naar verluidt uitgevoerd door personeelslid. Kelder met tongewelven onder de twee rechtertraveeën. Zolder met behouden 19de-eeuwse dakkap met deels getelmerkte spanten.

Voormalige tuin, nu stadspark, toegankelijk via de Stationsstraat en de Ballingenweg. Restant van verdiepte gazonpartij en enkele parkbomen. Centraal, doelbewust opengehouden gedeelte met verschillende zitmogelijkheden vanwaar men een overzicht over het park heeft. Paden en cirkelvormige rustplaatsen verhard met rode betonklinkers en dolomiet; zijpaden met grind.

Ingang met platanen, die als ze volgroeid zijn de ingang moeten accentueren. Heel wat soorten bomen onder andere Spaanse aak, esdoorn, witte paardenkastanje, aucuba, witte berk, palmboompje, tamme kastanje, hazelaar, krulhazelaar, groene beuk, bruine beuk, vijgenboom, Chinees klokje, es, toverhazelaar, scherpe of groene hulst, hulst, zwarte walnoot, tulpenboom, mahonia, boompioen, boerenjasmijn, gewone plataan, Japanse sierkers, amandelboompje, Amerikaanse eik, Pontische rododendron, acacia, vlier, sering, taxus of venijnboom, winter- of kleinbladige linde en zilverlinde. Sobere beplanting van 2000 met haagbeukmassieven, bodembedekkers en enkele nieuwe grote maten van bomen.

De magische lindencirkel of "millenniumstructuur"; cirkel met zes linden bij de toegang aan de kant van de Ballingenweg. Opschrift "DE MAGISCHE LINDENCIRKEL 6 MIJLPALEN VOOR DE TOEKOMST" "EREPRIJS VVOG-PROJECT MILLENNIUMBOMEN 1999". In het park verscheidene sokkels met de (tijdelijke) tentoonstelling van beelden van de Stedelijke Academie voor Beeldende vorming.

  • Kadasterarchief West-Vlaanderen te Brugge, 207: Mutatieschetsen, Harelbeke, 1861/15, 1863/33, 1914/29, 1961/11, 1979/11, 1981/36, 1985/16.
  • Kadasterarchief West-Vlaanderen te Brugge, 212: Kadastrale legger, Harelbeke, artikels 1235 en 2130.
  • Dexia-archief Brussel, Postprentkaarten, Harelbeke.
  • Stadsarchief Harelbeke, Oude postkaarten.
  • Bomenpad, Harelbeke, 1986.
  • CAUWE R., Harelbeke in oude prentkaarten waarin ook enkele afbeeldingen van Stasegem, Zaltbommel, 1972, nummer 34.
  • Harelbeke grafelijke stad, Harelbeke, 2003, p. 111, 113.
  • Het stadhuis, in Harelbeke Open Monumentendag 10 september 1995, Harelbeke, 1995.
  • Het stadspark, in Harelbeke Open Monumentendag 10 september 1995, Harelbeke, 1995.
  • Het stadspark van Harelbeke, Harelbeke, 1992.
  • MALYSSE A., De magische lindencirkel in het stadspark, in Harelbeke Open Monumentendag 2002, Symbolen, Harelbeke, 2002.
  • OPSOMER J., BAERT W., e.a., Brouwerijen en herbergen, Harelbeke-Stasegem, in De Roede van Harelbeke (De Leiegouw), nummer 24, Harelbeke, 2005, p. 159.
  • Stadhuis JCI Jonge Kamer Harelbeke, Harelbeke, 2005.
  • Veranderingen in de natuur, De oude Leiearm, Van nature een monument. Open Monumentendag Vlaanderen, Zondag 12 september 2004.

Bron: VANWALLEGHEM A. & CREYF S. 2009: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Harelbeke, Deel I: Stad Harelbeke, Deel II: Deelgemeenten Bavikhove en Hulste, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL42, onuitgegeven werkdocumenten.
Auteurs: Vanwalleghem, Aagje; Creyf, Silvie
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Stadhuis van Harelbeke [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/205154 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.