Hoeve eertijds zogenaamd goed "Te Retiavre" of "Te Rechiaver", bereikbaar via een lange zijarm die vertrekt van kruispunt Steenbrugstraat/ Eiktronk/ Oudenaardsestraat/ spoorweg. Oprit met grint doorheen de akkers, die net vóór de hoeve wordt ontdubbeld: één tracé leidt naar het toegangsgebouw, het tweede naar de naastgelegen schuur. Door de aanleg van de spoorlijn Gent-Kortrijk in 1838 wordt de oorspronkelijk loodrecht op de Oudenaardestraat gerichte oprit, afgebogen naar de Steenbrugstraat.
Opgenomen op de niet-limitatieve lijst van merkwaardige gebouwen in het open landschap van Harelbeke, definitief vastgesteld in de gemeenteraad van 11.02.2008 (categorie 1).
Historiek
Het hof is ontstaan als centrum van een heerlijkheid die in leen wordt gehouden van het leenhof "Ten Doorn" van het Sint-Salvatorskapittel.
Op de kaart uit het landboek van Harelbeke-buiten, opgemaakt in 1768 door landmeter Frans De Bal en thans bewaard in het Rijksarchief van Kortrijk, is de hoeve volledig omwald en bereikbaar via een met bomen omzoomde dreef, die ten oosten nog doorloopt in zuidelijke richting naar de hoeve "'t Nieuw Goet" aan de Gravenstraat. Aan de erfingang staat een klein gebouw (poortgebouw of kapel?); overig gebouwenbestand heeft zelfde configuratie als vandaag. Ten noordwesten van het geheel is net buiten de omwalling een boomgaard aangelegd. Naar verluidt wordt de leenband tussen het leen en de hoeve in 1770 opgeheven. Op de Kabinetskaart van de Oostenrijkse Nederlanden, opgenomen op initiatief van Graaf de Ferraris (1770-1778), verschijnt de boomgaard binnen de omwalling van de hoeve, meer bepaald ten oosten van de gebouwen.
Op de 19de tot begin 20ste-eeuwse kaarten van het Militair Cartografisch Instituut (1873, circa 1880 en circa 1910) wordt de hoeve vermeld als "Ferme Delombaerde" zie kadastergegevens die bij het primitief kadasterplan (circa 1835) als eigenaar advocaat Deburck uit Kortrijk aanduiden en als gebruiker de kinderen van landbouwer Delombaerde.
Nadat de hoeve tussen de jaren 1885 en 1940 is handen is van de familie Thibault de Boesinghe, vermeldt het kadaster in 1942 verbouwingswerken in opdracht van René Casteleyn. Deze dempt een deel van de gracht, laat het poortgebouw en een hangar bouwen in het verlengde van de schuur en voorziet een uitbreiding van het boerenhuis in noordelijke richting. De kaart van het Ministerie van Openbare Werken en van Wederopbouw van 1952 en de kaart van circa 1959-1961 tonen dat nog een aanzienlijk deel van de gracht, voornamelijk aan oostkant, is bewaard. Recent is de voormalige hoeve gerestaureerd en niet langer in gebruik voor landbouwuitbating.
Beschrijving
Losstaande hoevegebouwen rondom een onverhard erf. Aan de noordzijde van het erf, toegangsgebouw, dat ten westen is gelegen van het woonhuis. Ten zuidoosten van het woonhuis bevindt zich een stalvolume. Verankerde baksteenbouw onder pannen zadeldaken; woonhuis met lage, bepleisterde en grijs beschilderde plint. Poortgebouw met groen beschilderde, dubbele poort. Deels bewaarde gracht ten oosten.
- Kadasterarchief West-Vlaanderen te Brugge, 207: Mutatieschetsen, Harelbeke, 1942/46.
- Rijksarchief Kortrijk, Aanwinsten VI, nr. 1933: Twaalfsten carte figurative van de twalfsten canton synde de suyd Syde van Quaepoorte paelende West over den Audenaerschen herwegh Den volgenen canton, in Landboek van Harelbeke-buyten, J. De Lannoy naar plan van F. De Bal, 1768.