Dwars op de weg gelegen, 19de-eeuwse driewoonst. Voormalige leerweefschool/ leerwerkschool uit het midden van de 19de eeuw, volgens de literatuur op het einde van de 19de eeuw ingericht als de herberg "In Florence" (nummer 14). De drie woningen zijn tijdens de inventarisatieperiode (2008) echter afgebroken en vervangen door drie nieuwbouwwoningen.
Historiek
De woningen worden reeds weergegeven op de Kabinetskaart van de Oostenrijkse Nederlanden, opgenomen op initiatief van Graaf de Ferraris (1770-1778), naast de Lampernissebeek.
De drie woningen op het primitief kadasterplan (circa 1830) zijn eigendom van het Bureel van Weldadigheid te Hulste. In 1856-1857 worden de drie huizen volgens het kadaster volledig gereconstrueerd en omgevormd in een huis (nummer 14) en een werkhuis (nummers 16-18) (ingebruikname in 1862). Volgens de literatuur wordt in 1893 in het huis aan de straatkant (nummer 14) de herberg "In Florence" opgericht, in dat jaar uitgebaat door Sylvain Verthé. De herberg zou blijven bestaan tot circa 1920.
In 1901 registreert het kadaster de omvorming van het werkhuis in twee huizen (nummer 16 en nummer 18); de drie huizen worden door het Bureel van Weldadigheid in gebruik genomen als huis voor behoeftigen. In 1918 registreert het kadaster de vereniging van de twee dieper gelegen woningen (nummer 16 en nummer 18).
Beschrijving
Drie aanpalende woningen, loodrecht op de weg gelegen. Eénlaagse woningen met zijgevel aan de Tieltsestraat van nummer 14 van drie traveeën. Gecementeerde verankerde baksteenbouw met imitatievoegen op een plint van imitatiebreuksteen en onder een doorlopend pannen zadeldak. Rechthoekige muuropeningen met vernieuwd houtwerk (beluikte vensters). Waterpompje tegen de voorgevel.
- Kadasterarchief West-Vlaanderen te Brugge, 207: Mutatieschetsen, Hulste, 1857/1, 1901/6, 1918/35.
- OPSOMER J., DECROIX L., Brouwerijen en herbergen Bavikhove-Hulste, in De Roede van Harelbeke (De Leiegouw), nummer 25, Harelbeke, 2006, p. 162.
- KERCKHOF P., DECROIX L., Het onderwijs te Hulste, Vroeger en nu!, in De Roede van Harelbeke (De Leiegouw), nummer 17, Harelbeke, 1997, p. 87.