Voormalige herberg "De Beer" ingeplant op een hoekperceel bij de Beerweg en de Balgerhoekstraat. Al in de 17de eeuw was hier een herberg genoemd naar Maria Agnes De Beer, vrouw van Pieter Adornes, heer van Poelvoorde. Het was ook de plaats waar de schepenbank en vierschaar samenkwam nabij de schandpaal van Poelvoorde. Het huidige volume heeft wellicht een kern uit de 18de eeuw. Op de kaart van Ferraris (1770-1778) staan twee volumes evenwijdig met de straat weergegeven. Op het primitief kadasterplan (circa 1829) bevindt zich hier een gebouw aangeduid als "herberg" eigendom van de Wingense koopman Eugene Derynck. Volgens het kadaster laat deze het gebouw "opmerkelijk verbeteren" in 1837: het grondplan wordt uitgebreid naar achteren toe. In 1880 laat toenmalig eigenaar, bakker Blancke-Spriet, achteraan een parallel nutsgebouw bouwen. Omstreeks 1900 is rijtuigmaker Alfons Wienne-Vandeweghe eigenaar, hij bouwt links van het gebouw een werkhuis (loodrecht op de straat ingeplant) en richt in het linkergedeelte van de woning een smidse in.

Huidig volume met dubbelhuisopstand van vier traveeën en twee opkamertraveeën onder een doorlopend zadeldak bedekt met golfplaten. Vermoedelijk een oude kern teruggaand tot de 18de eeuw. Rode verankerde baksteenbouw, voorgevel voorzien van een bepleistering met imitatievoegwerk. De gevel is opengewerkt met rechthoekige muuropeningen. De deur is gevat in een vlakke bepleisterde omlijsting met geprofileerde waterlijst en oren. Behouden opkamertraveeën, weliswaar met vernieuwd schrijnwerk. Betraliede kelderopeningen. De zijpuntgevel is afgewerkt met muurvlechtingen.