Breedhuis oorspronkelijk één geheel vormend met het naastliggende nummer 32. Volgens kadastergegevens gebouwd in 1876 in opdracht van de erfgenamen van Henricus Barbier. Woonhuis deel uitmakend van het bedrijf Barbier dat evolueerde van klompenmakerij over een gareelmakerij en zadelmakerij tot een houtzagerij en rijtuigmakerij.

Geschiedenis

De site Barbier heeft zich fasegewijs ontwikkeld van een kleine tweewoonst in de Bruggestraat tot een fabriek die zich uitstrekt tot in de Rickvoetweg. Op het primitief kadasterplan (circa 1834) zijn langs de Bruggestraat twee kleine woonhuizen opgetekend, eigendom van Augustinus Brussele uit Zwevezele. In 1851 worden deze verkocht aan Henricus Barbier, van beroep "hamaker" en "kammaker" in Zwevezele. Hij voegt de woningen samen tot een half vrijstaande woning met oprit aan de linkerzijde. In 1862 bouwt hij een haaks volume op de plaats van de oprit zodat een U-vormige plattegrond ontstaat. In 1876 laten de erfgenamen van Henricus Barbier de woning volledig herbouwen, het nieuwe gebouw wordt omschreven als "huis en smis", heeft een gesloten vierkante opstelling en is iets meer naar achter toe gebouwd. In 1879 wordt het woonhuis opgesplitst in een woonhuis rechts (huidige woning) en een werkhuis en magazijn links (nummer 32). Het achterliggende magazijn wordt in 1881 uitgebreid in westelijke richting (Rickvoetweg). In 1885 worden het werkhuis en magazijn uitgebreid met een volume tot aan de Rickvoetweg. Volgens het kadaster wordt een stoommachine geplaatst en wordt het gebouw van dan af aan gebruikt als "stoomhoutzagerij". In 1899 worden een viertal kleine woonhuisjes langs de Rickvoetweg afgebroken en wordt een nieuwe fabriek (Rickvoetweg nummer 2) opgetrokken. Opdrachtgever is de Maatschappij Barbier Benoni, Jules en Ernest, rijtuigmakers. In 1903 wordt een aanvraag ingediend om een tweede stoommachine te plaatsen. In de eerste jaren van de 20ste eeuw neemt het bedrijf een tweede locatie in gebruik namelijk "De Wissel" aan de Hille. Op een foto van 1905 heeft het oorspronkelijke, half vrijstaand woonhuis (toen nog een geheel vormend met huidig nummer 32) een beraapte gevel met wit bepleisterde vensteromlijsting op de verdieping en luiken op de begane grond. Het pand heeft een schilddak met Vlaamse pannen voorzien van een kroonlijst op klossen en modillons en een grote bliksemafleider. In 1908 breidt het bedrijf verder uit en worden drie woningen gebouwd op de hoek van de Bruggestraat en de Rickvoetweg (nummers 26-28-30). In 1915 verkopen de weduwe van Benoni Barbier-Werbrouck en Jules Barbier de site aan winkelier Amandus Cordenier (nummers 32-34 en achterliggend magazijn) en aan handelaar Charles Ervinck-Sabbe (nummer 28 een achterliggend magazijn).

Beschrijving

Breedhuis met dubbelhuisopstand van vier traveeën en twee bouwlagen onder zadeldak (rode, mechanische pannen). Verankerde, geel geschilderde baksteenbouw boven gecementeerde plint met geometrische motieven. Opengewerkt door licht getoogde muuropeningen gevat in een vlak gepleisterde omlijsting met oren en neuten (verdieping). Vensters op begane grond oorspronkelijk beluikt (zie duimen). Bewaard houtwerk op de begane grond: schuiframen en deels beglaasde paneeldeur met gietijzeren grille.