Boerenwoning volgens het kadaster gebouwd circa 1850 op een voorheen bebost perceel samen met nummer 18 en nummer 22 die in gebruik waren als schuur of stal en een achterliggend bakhuis. Toegankelijk via een eikendreef. Georganiseerd rondom een met gras begroeid erf. Bouwheer was Pittemnaar Philippus Lanszweert. In 1882 wordt de boerenwoning opgesplitst in een tweewoonst. Tegelijk worden de schuur en stal omgevormd tot woningen (nummers 18 en 20). In 1890 wordt de gesplitste boerenwoning opnieuw eengemaakt. In 1901 wordt de boerenwoning uitgebreid aan de linker zijde en wordt het bakhuis vergroot. Verankerde baksteenbouw van zeven traveeën en anderhalve bouwlaag onder zadeldak (natuurleien en blauw geglazuurde nokpannen). Gecementeerd parement. Rechthoekige muuropeningen, bewaarde wit geschilderde ramen met T-indeling, deels beglaasde paneeldeur met gietijzeren grille vernieuwde luiken. Mezzanino met blinde lunetvensters, waarvan één ingevuld door tweedelig raam.
Bron: GILTÉ S. & BAERT S. 2009: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Wingene, Deelgemeente Zwevezele, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL43, onuitgegeven werkdocumenten. Auteurs: Gilté, Stefanie; Baert, Sofie Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)