Breedhuis van drie traveeën en drie bouwlagen onder een leien zadeldak met een recente dakkapel. De volledig in blauwe hardsteen uitgevoerde lijstgevel dateert van rond het midden van het laatste kwart van de 18de eeuw en had, vóór de wijziging van de pui in 1972 (Th. Vanderstraeten), nog zijn oorspronkelijke dubbelhuisopstand. De laatclassicistische lijstgevel heeft een bovenbouw die afgelijnd wordt door oplopende hoekpilasters met Franse voegen, en wordt gekenmerkt door rechthoekige vensters met spiegels in de borstweringen. De verdiepte spiegelfries onder de nu vernieuwde kroonlijst dateert van 1871, toen de gevel en het dak verhoogd werden.

Nummers 88-94. Rijhuizen uit de 17de en 18de eeuw. Sommige gevels werden door middel van bepleistering en stucversiering volledig aangepast in de loop van de 19de eeuw.

Nummer 90. Goed bewaard voorbeeld van Lodewijk XVI-getinte gevels met arduinen bekleding uit het laatste kwart van de 18de eeuw. Geometrische indeling van het gevelvlak door muuropeningen, smalle penanten en vensterdammen. Lodewijk XVI-invloed in de detaillering, onder meer in het profileren van het dakvenster.