In zijn huidige vorm, breedhuis van drie traveeën en drie bouwlagen onder een kunstleien zadeldak, met een houten winkelpui in neorenaissancestijl.

Volgens een bouwaanvraag uit 1861 waarop de toenmalige toestand weergegeven wordt, telde het pand destijds twee bouwlagen met drie traveeën op de begane grond, twee traveeën in de bovenbouw, en een venster of laadluik in de zolderverdieping. De bouwaanvraag behelsde de plaatsing van een neoclassicistische winkelpui in een fraaie (houten) omlijsting met een dubbele deur tussen uitstalramen en pilasters met spiegels onder een hoofdgestel. Deze pui verschilt echter van de huidige in neorenaissancestijl, met één groot uitstalraam tussen twee deuren - één naar de handelsruimte en één naar de woongelegenheden-, een hardstenen plint, en een houten puiomlijsting met diamantkoppen, spiegels en wortelmotieven. Ondanks de verschillen met de ontwerptekening, kan aangenomen worden dat de bestaande winkelpui niet lang na 1861 werd toegevoegd. De oorspronkelijk bepleisterde bovenbouw werd vermoedelijk in het laatste kwart van de 19de eeuw verhoogd en aangepast. Ze telt heden drie traveeën en twee bouwlagen, en wordt gekenmerkt door rechthoekige vensters met doorgetrokken, hardstenen lekdrempels, en een fraaie tand- en kroonlijst op klossen met dropmotief.

Nummers 88-94. Rijhuizen uit de 17de en 18de eeuw. Sommige gevels werden door middel van bepleistering en stucversiering volledig aangepast in de loop van de 19de eeuw.