Twee opvallende rijwoningen in 1937 opgetrokken naar de plannen van Th. Vanderstraeten, traditioneel van opbouw maar voorzien van decoraties in een eclectische vormentaal. Beide panden bestaan uit drie traveeën en twee bouwlagen onder leien mansardedaken met dakkapellen en zijn voorzien van lijstgevels met hoofdzakelijk rechthoekige, spiegelboogvormige en samengestelde muuropeningen in geprofileerde omlijstingen.

Het nummer 168 heeft een parement van rode baksteen met verwerking van blauwe hardsteen voor de plint, de omlijstingen en het boogfronton boven de deur.

Het nummer 170 heeft een parement van breuksteen met plint, omlijstingen en kroonlijst in steen van Gobertange. Opmerkelijk is bovendien de als serliana uitgewerkte houten dakkapel in de venstertravee.