Twee huizen die voorheen één ruim pand vormden, twee bouwlagen hoog met een gecombineerde trap- en lijstgevel, minstens opklimmend tot de 17de eeuw. Volgens archiefgegevens en oude foto’s kreeg het pand in 1854 een neoclassicistisch uitzicht door aanpassingen tot lijstgevel onder doorlopende kroonlijst, na het supprimeren van de trapgevel in de twee uiterst linkse traveeën en van het getrapte dakvenster boven de voorlaatste travee.

Het twee traveeën brede nummer 44 vertoont een be­pleis­terde en be­schil­derde gevel met en­kel­huis­op­stand. Het inmiddels ontpleisterde, drie traveeën tellende nummer 46 vertoont een kenmerkende tradi­tio­nele bak- en zand­steenbouw met afge­schuinde plint, speklagen, en op de boven­verdieping nog hoek- en neg­blok­ken omlijstingen. Gewijzigde or­don­nan­tie op de be­gane grond.