Zogenaamd "IN DEN ENGEL" (opschrift op de borstwering van de derde bouwlaag), in 1922 ontworpen door architecten L. Govaerts en G. Decock met café-etablissement op de begane grond en woonfunctie op de verdiepingen. Hoog en smal wederopbouwpand van vier bouwlagen en twee traveeën onder een plat dak. De voorgevel, die boven de blauw hardstenen plint volledig bezet is met een wit natuurstenen parement en die risalietvormig werd uitgewerkt, onderscheidt zich door zijn eerder strakke vormgeving die op een geïnterpreteerde wijze teruggrijpt naar het 18de-eeuwse Frans classicisme. Ordonnantie met rechthoekige bovenvensters in pseudo-fronton omlijsting, ter hoogte van de tweede bouwlaag gemarkeerd door een doorlopende balustrade waarboven centraal op een sokkelelement een engelenbeeld prijkt dat op naam staat van beeldhouwer E. Rombaux en op de hoeken versierd is met vuurpotten. Karakteristieke vorm- en decorelementen – al of niet verguld – zijn verder de gegroefde voluutconsoles met drop, de spiegel-, kraallijst- en gestraalde sterren- en zonmotieven, en de bekroning door een driehoekig fronton met klossen, in combinatie met een attiek. Schrijnwerk met behouden roedeverdeling.
Stadsarchief Leuven, Modern Archief, Ruimtelijke Ordening: Algemene Inventaris 356 B (bouwvergunning 11.12.1922).
CELIS J. & UYTTENHOVE P., De Wederopbouw van Leuven na 1914, Leuven, 1991, p. 130-131.
Bron: MONDELAERS L. & VERLOOVE C. met medewerking van VAN ROY D., VAN DAMME M. en MEULEMANS K. 2009: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie Vlaams-Brabant, Leuven binnenstad, Herinventarisatie, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen VLB2, onuitgegeven werkdocumenten. Auteurs: Verloove, Claartje; Mondelaers, Lydie Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)