Hoeve met losse bestanddelen achterin gelegen ten opzichte van de straat en te bereiken via een lange oprit vanaf de Kattebroekstraat. Achter de hoeve is er een pad met een talud naar de hoeve toe.

Woonstalhuis ten noordwesten en haaks hierop ten noordoosten de dwarsschuur. Het langgerekte volume van de boerenwoning met stallingen dateert waarschijnlijk van rond 1800, het perceel was nog niet bebouwd op de Ferrariskaart (1770-1778), maar het woonstalhuis was wel al aanwezig op het primitief kadaster (1830). De hoeve werd uitgebreid op de mutatieschets van 1883 met de dwarsschuur en kleine bijgebouwen als eigendom van Povis (of Powis?) de Tenbossche. Deze laatste bijgebouwen werden volgens de mutatieschets van 1940 afgebroken.

De hoeve bestaat uit witgeschilderde bakstenen gebouwen. Het zuidoostelijk georiënteerd woonstalhuis heeft één bouwlaag onder een pannen zadeldak (Vlaamse pannen) met een zwart gepikte plint. Woning van drie traveeën en aansluitend de stallingen van vier traveeën. Beluikte rechthoekige muuropeningen onder houten lateien; bewaard schrijnwerk. Meer gesloten achtergevel met kleinere beluikte muuropeningen voorzien van diefijzers. Centraal tussen de woning en de stallingen is er een opkamer aanwezig tegen de achtergevel. In het interieur is de balkenstructuur en een schouw bewaard.

Dwarsschuur van drie traveeën met een rechthoekige (nieuwe) poort en bouwsporen van gedichte muuropeningen onder een golfplaten zadeldak.