Neoclassicistische villa uit het midden van de 19de eeuw, gebouwd in 1854 (volgens de leggers) en geregistreerd op het kadaster in 1855, de bouwheer was Prosper Vandersmissen uit Brussel. De villa is gelegen in een landschappelijk park ten noordwesten van het dorpscentrum, het park helt af naar het zuiden en werd aangelegd in de periode van de bouw van de villa.
Op de Vandermaelenkaart (circa 1846-1854) is het "Gulde Kasteel" nog aangeduid als een goed, gelegen tegen de Itterbeeksebaan ten zuiden van het huidige domein van het Gulden Kasteel. Het goed was gelegen op grondgebied van Dilbeek en niet van Itterbeek op een lange diepe smalle inham die Dilbeek maakt in Itterbeek.
Het huidige domein beslaat nagenoeg heel het gebied tussen de Ninoofsesteenweg, de Zakstraat en de Itterbeeksebaan, dit door de aankoop van verschillende percelen die rond 1870 voltooid werd. Het domein kent heden zijn hoofdtoegang aan de Ninfoosesteenweg links van de villa met een poort tussen twee hardstenen pijlers en de tuin is aan deze zijde afgezet door een bakstenen muur met rechthoekige spiegels. De oorspronkelijke toegang bevond zich in de Zakstraat ten zuidoosten van het domein en de ijzeren poort tussen hardstenen zuilen bekroond met een bol is daar nog aanwezig. In de Zakstraat is het domein deels afgezet met een witgeschilderde bakstenen muur. Op oude topografische kaarten (1891 en 1924) is de hoofdtoegang gesitueerd in het zuidwesten, aan de Itterbeeksebaan, hiervan zijn heden geen sporen meer te zien.
In 1883 werd er op het kadaster een kleine uitbreiding ten westen opgetekend (waarschijnlijk serres), die terug werden afgebroken in de jaren 1950 (geregistreerd op het kadaster in 1956). In 1887 werd er in de zuidelijke punt van het domein een achthoekig paviljoen, "zomerhuis", geplaatst, dat ook in de jaren 1950 werd verwijderd.
De villa kon niet bezocht worden en is moeilijk zichtbaar vanop de straat, de beschrijving gebeurde aan de hand van oude foto’s en de literatuur. Villa evenwijdig met de Ninoofsesteenweg bestaande uit een aaneenschakeling van verschillende volumes, met ten oosten het woonhuis en ten westen het koetshuis. De gevels hebben een witte bepleistering gekregen (in oorsprong was de bepleistering aan de gele kant). Het woonhuis is een dubbelhuis van vijf traveeën en twee en halve bouwlaag onder een pannen (?) schilddak. Rechthoekige muuropeningen, vernieuwd schrijnwerk. De steigergaten tussen de vensters van de halve verdieping worden afgedekt met gietijzeren "pruikenkopjes". Rechts en links van het woonhuis een rechthoekig aanbouw van één travee van één bouwlaag onder plat dak en gevelvlakken met lisenen. Ten westen aansluitend achthoekig torentje, bedoeld als belvedère, onder een leien tentdak. Nog een aansluitend lager volume of muur verbindt ten westen het woonhuis met het koetshuis van twee bouwlagen onder een pannen bedaking. Aan de zuidzijde drie steekboogvormige poorten geflankeerd door twee uitstekende volumes van één rechte travee.
- Kadaster Vlaams-Brabant, mutatieschetsen Dilbeek, afdeling V (Itterbeek), 1855/2, 1883/13, 1888/15 en 1956/6.
- DENEEF R. & WIJNANT J. 2005: Dilbeek (Itterbeek): Gulden Kasteel, in: DENEEF R., WIJNANT J., ROMBOUTS N., IMBERT D., GOOSSENS B., PAESMANS G., DE MAEGD C., VAN LIEDEKERKE M., COPRIAU P., CLAEYS T., EVERAERT E. & PAESSENS W. 2005: Historische tuinen en parken in Vlaanderen. Pajottenland - zuidwesten van Vlaams-Brabant, M&L Cahier, 11, Brussel, 87-88.