Drie statige burgerhuizen die samen met het nu sterk gerenoveerde nummer 25 gebouwd werden als neoclassicistisch ensemble. Ze vertonen dezelfde kenmerken als de homogene huizenrij aan de overzijde van de straat, en sluiten aan bij de architecturale karakteristieken van het Zuid.
Architect Theodoor Charlier (Antwerpen) ontwierp de gevels in 1889 voor juffrouw Marguerite Schenéder (°Neufchateau, 1846). Het gaat om vier enkelhuizen van drie traveeën en drie bouwlagen onder zadeldak, met een telkens licht in hoogte verspringende, bepleisterde en witgeschilderde lijstgevel op hardstenen plint met keldervensters. Er is zorg besteed aan de ornamentiek van de gevels, die door de variatie in stijlinspiratie en materialen voor een levendig effect van het ensemble zorgt. Nummers 19 en 21 kennen de klassieke versiering met gestucte balkons, omlijstingen van de getoogde vensteropeningen met oren en versierde sluitstenen, diamantkoppen en zo meer. Nummer 23 is een buitenbeentje op het Zuid met de rococogetinte afwerking van gietijzeren balkon en stucdetails. De gevelafwerking is niet helemaal uitgevoerd zoals op de geveltekening bij de bouwaanvraag: de detaillering is licht anders uitgewerkt; nummer 21 mist het centrale dakvenster met frontonbekroning.
- Stadsarchief Antwerpen, Bouwdossiers, 1889 # 1183.