Molenaarshoeve van de voormalige Cijnsmolen of Molen Verhoest, opklimmend tot de 18de eeuw op site die minstens teruggaat tot de 16de eeuw, met aanbouw van een maalderij uit het tweede kwart van de 20ste eeuw.
Historiek
De Cijnsmolen of Molen Verhoest is opgericht vóór 1580 als tweezolder staakmolen. In een straatschouwing uit 1580 wordt melding gemaakt van de "cheensmuelene". Op de Ferrariskaart (1770-1778) wordt de molen weergegeven ten noorden van de straat, met ten oosten daarvan twee volumes in L-vormige constellatie.
Op het primitief kadasterplan (1817) wordt het woonhuis op de huidige plaats weergegeven, met bijgebouw ten westen en op het erf ten zuiden een bakhuis en een rosmolen. Ten oosten van het erf ligt de windmolen, vermeld als "Cheyns-moolen". De straat wordt als landwegel weergegeven. Rond 1835 is de site eigendom van landbouwers Eugenius Verhoest en Jan Depuydt. De Atlas der Buurtwegen (1846) spreekt van de "Scheyns Molen". In 1918 wordt de molen gedynamiteerd. In 1931 wordt het bakhuis afgebroken. In 1943 wordt ook de rosmolen afgebroken. Het westelijke landgebouw wordt verlengd, het woonhuis krijgt een maalderij-aanbouw aan de oostzijde, met een klein bijgebouw ernaast. Thans is het landgebouw verdwenen en is ten westen een nieuw woonhuis in opbouw.
Beschrijving
Oost-west georiënteerd roodbakstenen woonhuis onder zadeldak in mechanische pannen; woongedeelte van vijf traveeën met naoorlogs gevelparement en rechthoekige muuropeningen (vernieuwd schrijnwerk). Voormalig westelijk stalgedeelte nog met getoogde deur. Gecementeerde westgevel met voegwerkimitatie. Aangebouwd varkensstalletje onder lessenaarsdak, drie deurtjes. Oostelijke aanbouw van magazijn of maalderij in donkerrode baksteenbouw onder zadeldak met hogere nok (mechanische pannen). Deels gedichte schuifpoort waarboven laaddeur onder haaks afdakje.
- Kadasterarchief West-Vlaanderen, 207: Mutatieschetsen, Ardooie, 1862/107, 1931/75, 1943/27.
- DE FLOU K., Woordenboek der toponymie van westelijk Vlaanderen, Vlaamsch Artesië, het land van den Hoek, de graafschappen Guines en Boulogne, en een gedeelte van het graafschap Ponthieu, Deel VI, Brugge, 1926, kolom 891.