Hoeve, met voornamelijk 19de- en 20ste-eeuwse hoevegebouwen, met woonhuis in kern opklimmend tot de 18de eeuw, met cichorei-ast uit het einde van de 19de eeuw, aangepast rond het midden van de 20ste eeuw.
Historiek
Op de Ferrariskaart (1770-1778) weergegeven als twee parallelle volumes, schuin ten opzichte van de straat ingeplant. Ten zuidoosten bevond zich nog naastliggende bebouwing. De hoeve wordt op het primitief kadasterplan (1817) weergegeven in U-vormige constellatie met noordwestelijk woonhuis, rond het erf twee grote landgebouwen ten zuiden en oosten en twee kleinere bijgebouwen. Op het erf en ten zuidoosten wordt een boomgaard weergegeven. Rond 1835 is de hoeve eigendom van landbouwer Pieter Vandeputte uit Ardooie en voor een deel van de kinderen van Ivo Demeulenaere uit Koolskamp. Rond 1850 ondergaat het woonhuis een vergroting. De kleinere landgebouwen worden rond 1880 afgebroken, ten zuiden van de woning en aan de oostzijde van het erf worden nieuwe landgebouwen opgetrokken. De schuur wordt gewijzigd, vermoedelijk heropgebouwd. In 1893 registreert het kadaster een stuk van het westelijke bijgebouw als ast, vermoedelijk reeds in die hoedanigheid opgetrokken in 1880. Tijdens het interbellum is de hoeve eigendom van Aimé Cloet-Demeulenaere. In 1934 lijkt de schuur deels te worden herbouwd. Het landgebouw ten oosten van het erf wordt als stal herbouwd. De cichorei-ast wordt volgens kadaster deels herbouwd in 1943, de woning wordt licht uitgebreid aan achterzijde. De kadastrale mutatieschetsen vermelden het toponiem "Elslanderhoek".
Beschrijving
Hoeve bestaande uit losstaande bakstenen bestanddelen onder pannen zadeldaken, in U-vormige opstelling rondom een ruim onverhard erf, toegankelijk via ijzeren hek en samen met de oostelijke boomgaard afgescheiden van de straat door oude meidoornhaag.
Ten noorden van het erf het boerenhuis, met gepekte plint. Erfgevel van zeven traveeën met getoogde muuropeningen met houten schrijnwerk (T-ramen met grote roedeverdeling). Opkamer in de rechtertraveeën, gedichte deuropening in derde travee. Noordgevel met resterende smalle houten kozijnen (restant oudste woonkern), getoogde muuropeningen en gedichte deur, uitbouw in betonsteen. Oostelijke zijgevel met vlechtingen, drie oculi in zwartbakstenen omlijsting, getoogde laaddeur. Westelijke aanbouw van varkensstalletjes onder lessenaarsdak.
Ten zuidwesten een schuur/stal met drie te onderscheiden bouwfasen, onder meer centraal gedeelte in donkerrode baksteenbouw met dakoverkraging op schoren, nieuwer ingebrachte stalvensters, oostelijk deel in lichtrode baksteen met kleine stalvensters en schuifpoort, westelijk deel onder zadeldak in Vlaamse pannen, met lagere nok en overkraging op schoren, getoogde staldeuren. Voorliggende mestvaalt met baksteenpilasters.
Ten westen een verbouwd landgebouw, nieuw parement onder golfplaten zadeldak.
Aan de zuidwestzijde vlakbij het boerenhuis staat de cichorei-ast, onder zadeldak met verschillende nokhoogtes, westelijk uiteinde onder platte bedaking. Getoogde deuropeningen, nieuwer ingebrachte rechthoekige vensters. Stuk onder hogere nok met rechthoekige muuropeningen met houten lateien. Eigenlijk astgedeelte met twee vloerniveaus, zie gietijzeren gevelankers; kleine vierkante muuropeningen.
- Kadasterarchief West-Vlaanderen, 207: Mutatieschetsen, Ardooie, 1881/9, 1895/6, 1934/11, 1943/12.