erfgoedobject

Hoeve Heerlijkheid van Ayshove

bouwkundig element
ID
208170
URI
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/208170

Juridische gevolgen

Beschrijving

Hoeve bestaande uit voornamelijk 19de- en 20ste-eeuwse hoevegebouwen, met cichorei-ast uit 1873 en boerenhuis met oudere kern, op oudere site minstens opklimmend tot de 18de eeuw.

Historiek

Historische hoeve, vermoedelijk Ardoois foncier van de heerlijkheid van Ayshove, tijdens het ancien regime de tweede grootste heerlijkheid van Ardooie. "Ayshove" wordt door De Flou vermeld als heerlijkheid in de gemeenten Ardooie en Koolskamp. Oorspronkelijk is deze afhankelijk van de moederheerlijkheid van Ayshove te Kruishoutem, die zeer verspreide bezittingen had. Al vroeg raken de West-Vlaamse bezittingen afgesplitst, het foncier van de zeer verspreide bezittingen is gelegen in Ardooie en Koolskamp.

Vanaf 1399 vallen de heerlijkheden van Ayshove en Ardooie onder dezelfde eigenaar, wanneer Jacob Van Lichtervelde die reeds de heerlijkheden van Koolskamp en Ardooie (1/3 van 't Gemene) bezit, de heerlijkheid Ayshove in Ardooie en Koolskamp koopt. Deze Jacob van Lichtervelde heeft als edelman-ambtenaar, soeverein-baljuw van het graafschap Vlaanderen en vertrouweling van de hertogen van Bourgondië, zijn bezittingen gevoelig uitgebreid (zie Koolskamp, Dorpsplein nr. 27).

Het landboek van 1778 vermeldt een "behuysde hofstede met lochting op 't noord eynde", eigendom van de heer de Grass de Moorzeele en gebruikt door Jacobus De Witte. De hoeve wordt weergegeven in de huidige L-vormige opstelling rondom een beboomd erf, met moestuin ten noorden. Ten noordoosten ligt een bakhuis, ten noordwesten en ten oosten poelen/ vijvers als restanten van een walgracht. Op het primitief kadasterplan (1817) wordt de woning weergegeven als woonstalhuis, het boerenhuis aan westzijde geflankeerd door een koeienstal, aan oostzijde door een paardenstal. Op het primitief kadasterplan staat nog de vermelding "heerlykheyd ayshove". Rond 1835 is de hoeve eigendom van Jean O'Sullivan de Grass uit Brussel, in de tweede helft van de 19de eeuw onder meer van Jan Blommaert uit Gent. De hoeve wordt op de Atlas der Buurtwegen (1846) vermeld als "Ferme Buyse Caneyt [sic]" (bedoeld wordt: Van Canneyt). In 1873 wordt volgens kadaster ten oosten van het erf een cichorei-ast opgericht. In 1890 registreert het kadaster de uitbreiding van het woonhuis met een noordelijke haakse vleugel, de schuur krijgt enkele aanbouwen aan erfzijde, ten zuiden daarvan wordt een nieuw gebouw opgericht op vierkant grondplan. In 1943 is de hoeve eigendom van C. Wallays-Vancraeymeersch en wordt de schuur ten noorden verbonden met het woonstalhuis ten zuiden met het bijgebouw. De ast wordt verbouwd en licht uitgebreid.

Beschrijving

Hoeve bestaande uit losstaande en aaneengebouwde bakstenen gebouwen rondom verhard en semi-verhard erf met centrale treurwilg. Erftoegang via nieuw hek tussen vernieuwde bakstenen hekpijlers en muurtje, geflankeerd door een linde.

Ten noorden van het erf het woonstalhuis, waarvan het woon- en rechterstalgedeelte onder zadeldak, gemansardeerd aan erfzijde (mechanische pannen, nok haaks op straat), sleepdak aan noordzijde. Centraal woongedeelte van zeven traveeën met erfgevel in siercementering met Lodewijk XVI-ornamentiek, onder meer guirlandes en cannelures in de venster- en deuromlijstingen. Getoogde muuropeningen, vernieuwde T-ramen. Noordelijke uitbouw in oranjerode baksteenbouw, muuropeningen met betonlateien. Voormalige staldelen aan weerszijden van het woonhuis, met vernieuwd baksteenparement. Restant kasseibestrating voor het woonhuis.

Ten westen langsheen de straat een dwarsschuur onder zadeldak in rood- en zwartgeglazuurde mechanische pannen. Poortopeningen onder ijzeren lateien, aan straatzijde dichtgemetseld, aan erfzijde met ijzeren schuifpoorten. Enkele oorspronkelijke getoogde muuropeningen, onder meer gedicht; vernieuwde zuidgevel. Ten oosten de cichorei-ast in donkerrode baksteenbouw onder zadeldak in rode en zwartgeglazuurde mechanische pannen (met opschrift "AYSHOVE"), verschillende nokhoogtes met verluchtingsstraten. Bouwsporen van vergroting en nokverhoging. Thans uitgebreid en verbouwd tot stal. Ten zuidoosten van het erf nieuwe stallen.

  • Kadasterarchief West-Vlaanderen, 207: Mutatieschetsen, Ardooie, 1873/29, 1891/22, 1943/44.
  • DE FLOU K., Woordenboek der toponymie van westelijk Vlaanderen, Vlaamsch Artesië, het land van den Hoek, de graafschappen Guines en Boulogne, en een gedeelte van het graafschap Ponthieu, Deel I, Brugge, 1914, kolommen 407-410.

Bron: SANTY P. & BOONE B., met medewerking van CALLAERT G. 2010: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Ardooie, deelgemeente Koolskamp, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL44, onuitgegeven werkdocumenten.
Auteurs: Santy, Pieter; Boone, Benjamin
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Hoeve Heerlijkheid van Ayshove [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/208170 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.