Tot woning verbouwde vlasfabriek uit het midden van de 20ste eeuw. Volgens het kadaster wordt in 1946 een "mekanieke zwingelarij" opgetrokken in opdracht van de weduwe en kinderen van Robert Vandendriessche. Deze zwingelarij wordt door de familie Vandendriessche in 1953 uitgebreid tot een vlasfabriek.

Voormalige, enkelzijdige betonnen roterij aan de straatkant, bestaande uit links drie rootkamers (eerste fase van 1946) en rechts twee rootkamers (tweede fase van 1953). Boven de drie rootkamers van 1946 bevindt zich een waterbak; straatgevel van 1946 met bewaarde gietijzeren schuifdeur op hangrail, opschriften "ARCHITECT / EM. HAESBROUCK / KORTRIJK" en "GEBR VANDORPE / AANNEMERS / INGELMUNSTER" en afgeschuinde bovenhoek.

Achtergelegen stookplaats, met daarachter een zwingelarij van twee bouwlagen op L-vormig grondplan. De noordwestgevel van de voormalige vlasfabriek is voorzien van een nieuwe roodbakstenen parement (aanpassing tot woning) met rechthoekige openingen en vernieuwd houtwerk. Voormalige zwingelarij met gedichte en aangepaste openingen; zuidwestgevel met klimijzers en rechthoekige openingen onder betonnen lateien. Tegen de achtergevel van de zwingelarij is een met golfplaten bedekt afdak op betonnen pijlers aangebouwd.