erfgoedobject

Hoeve Te Schaeckx

bouwkundig element
ID
208471
URI
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/208471

Juridische gevolgen

  • is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Hoeve Te Schaeckx
    Deze vaststelling is geldig sinds

Beschrijving

Hoeve met losse bestanddelen, genaamd het goed "Te Schaeckx". Site opklimmend tot de 12de-13de eeuw (mogelijk zelfs tot de 5de-6de eeuw), huidig gebouwenbestand vermoedelijk daterend uit de 18de eeuw. De hoevenaam verwijst naar de familie Scaec, tijdens de 14de en 15de eeuw één van de belangrijkste grootgrondbezitters in Zuid-West-Vlaanderen. Sterk gerenoveerd boerenhuis doch fraaie landgebouwen.

Historiek

5-6de eeuw. De hoeve vertoont kenmerken van een Frankische nederzetting. De Franken bouwen in de 5de en 6de eeuw bij voorkeur hoeven op lage plaatsen, aan de rand van het kouterland; de hoeve is gelegen aan de rand van de leenakkerkouter dichtbij het "gewat", een waterplas die tot het zompige gebied de Vennen behoort.

10de eeuw. De hoeve valt buiten de schenking van circa 950 door graaf Arnulf aan de Gentse Sint-Pietersabdij.

12-13de eeuw. De literatuur vermeldt dat "Te Schaeckx" in de 12de-13de eeuw zou ontstaan zijn aan de rand van de ontginning van het Methelabos. Feodaal gezien is de hoeve gelegen op de rentegronden van de heerlijkheid Ter Varent, het bijzonderste achterleen van de heerlijkheid Poeke.

15de eeuw. In 1444 wordt Jan Scaec als eigenaar van "Te Schaecx" vermeld.

16de eeuw. In het begin van de 16de eeuw is Olivier Roose eigenaar; in 1517 verpacht hij de hoeve aan Loij van Honnackere. In 1535 is Cornelis Roose, stadspensionaris van Kortrijk, in het bezit van de hoeve. "Te Schaecx" groeit in de 16de eeuw uit tot één van de belangrijkste hofsteden in Beveren-Leie. In 1572 is Antoon Roose eigenaar. Een staat van goed van 1578 vermeldt dat het woonhuis onder meer een keuken, bergplaats, weefkamer, slaapkamer en zolder omvat; daarnaast is er een paarden-, vee- en schaapstal, een wagenhuis en een bakhuis.

17de eeuw. Tot circa 1624 is Cornelis de Brune, namens zijn echtgenote Anna Roose, eigenaar van de hoeve. In 1624 omschreven als een "behuusde hofstede, boegaert ende mote". Circa 1660 verkoopt Cornelis de Brune de hoeve aan Abraham d'Oosterlinck.

18de eeuw. In 1706 verkoopt J.B. van Graefschap, echtgenoot van Maria d'Oosterlinck, het goed aan de heer van Nederbrakel, Pieter Antoon van Cauteren. Via erfenis komt de hoeve in 1730 in handen van baron Frans-Gerard de Plotho, heer van Ingelmunster.

De kaart uit het OCMW-archief te Kortrijk van 1752 geeft een omwalde hoeve weer bestaande uit een boerenhuis, schuur, stal en poortgebouw, gelegen rondom een centraal erf. Op de figuratieve kaart van de Sint-Pietersheerlijkheid, opgemaakt door Joseph de Coster in 1764, staat de hoeve afgebeeld binnen een complex grachtensysteem dat verbonden is met het grachtensysteem van de naastgelegen hoeve "Ten Ackere" aan de steenweg Kortrijk-Gent; weergave van een boerenhuis, schuur, stal, overdekte mestvaalt en poortgebouw. In 1765 omschreven als "hofstede ende wal genaemt het goed te schaeckx". De hoeve blijft in het bezit van de familie de Plotho tot 1800.

19de eeuw. Baron F.-G. de Plotho verkoopt in 1800 de hoeve aan Hendrik en Edward de Potter uit Gent. Circa 1834 nog steeds eigendom van de Gentse rentier Edward de Potter (pachter Berton). Weergave op het primitief kadasterplan (circa 1834) van het boerenhuis, de schuur, de stal en het bakhuis. Zelfde situatie op de Atlas der Buurtwegen (1844). Volgens het kadaster wordt het boerenhuis in 1862 vergroot in opdracht van Oscar Surmont uit Gent (registratie in 1867). In 1884 eigendom van Henri Surmont uit Lovendegem. In het laatste kwart van de 19de eeuw komt de hoeve via erfenis in handen van de familie Surmont de Volberghe.

20ste eeuw. Circa 1935 komt de hoeve in handen van de familie de Béthune te Marke, die het in 1972 verkoopt aan pachter Marcel Timmerman.

Beschrijving

De watergrachten rondom de hoeve zijn grotendeels gedempt. Achter de schuur bevindt zich een rij populieren. Gekasseide erforpit en verhard erf. Het gebouwenbestand komt grotendeels overeen met de 18de-eeuwse toestand (zie figuratieve kaart van de Sint-Pietersheerlijkheid van 1764).

Vermoedelijk 18de-eeuwse erftoegang met ijzeren hek tussen twee wit beschilderde, bakstenen pijlers met aanpalend schuinaflopende muurtjes, verstevigd door vlechtingen; volgens literatuur is deze erftoegang een overblijfsel van het voormalige poortgebouw.

Vrij sterk gerenoveerd boerenhuis aan de noordwestzijde van het erf. Baksteenbouw onder een overkragend zadeldak met dakruiter. Toegangstravee aan de erfzijde met bekronende dakkapel. Getoogde openingen met vernieuwd houtwerk. Volgens de literatuur is er een voutekamer aan de achterzijde.

Stal aan de noordoostzijde van het erf. Verankerde baksteenbouw onder een overkragend, pannen zadeldak met dakkapel aan de erfzijde. Getoogde openingen onder strek; rechthoekige poort links.

Schuur met geïncorporeerde stalling aan de zuidoostzijde van het erf. Verankerde baksteenbouw onder een overkragend, pannen zadeldak. Dakkapel met laadluik aan de achterzijde. Getoogde openingen onder strek. Zijgevel met rondboogvormig laadluik en bovenliggende, bakstenen heiligennis met dito kruisbekroning; volgens de literatuur bevindt zich ter hoogte van het laadluik de jaarsteen "1884". Via een latere uitbreiding onder lessenaarsdak verbonden met de gesloten mestvaalt op het erf.

Wagenhuis gelegen aan de straatkant. Vrij hoge, verankerde baksteenbouw onder een pannen zadeldak; bakstenen fries onder de dakrand. Zijgevel aan de noordwestzijde met heiligennis met kruisbekroning, zijgevel aan de zuidoostzijde met getoogd laadluik onder bakstenen waterlijst.

Gesloten mestvaalt op het erf (zuidoostzijde). Baksteenbouw onder pannen schilddak. Volgens de literatuur zijn de gevels ingedeeld met vlakke pilasters, verwijzend naar de opbouw van de dakconstructie. Toegang met rechthoekige poort in de zijgevel.

Bakhuis gelegen ten noorden van de hoeve. In oorsprong tweeledig, doch deels gesloopt.

  • Kadasterarchief West-Vlaanderen te Brugge, 207: Mutatieschetsen, Beveren-Leie, 1867/8, 1884/36.
  • OCMW-archief Kortrijk: Beschrijvinghe en consistentie van de groote canten ende aboutten van eene behuysde hofstede, lant ende planteryen, gestaen ende gelegen op de prochie van harelbeke buyten en beveren, alsmede van de gronden van erfven gehouden ende heerlycke renten geldende aen het hospitael van onse lieve vrauwe binnen de stadt Cortryck, in Register van alle de leenen, heerlycheden, hofsteden, landen, boschen ende meerschen competerende aen het hospitael van Onse Lieve Vrouwe in Overleye binnen de stadt Cortryck gedaen maecken door de Eerweirdige Mevrouw Marie Terese Dumortier, F. de Bal, 1752.
  • Rijksarchief Gent, Kaarten en Plannen, nr. 561: Kaerte figurative van de gelegendheyd der vry-eygen kerke heerlykhede van Ste-Pieters Desselghem, competerende de exemple abdye van Ste-Pieters nevens Gent, bestrekkende binnen de prochien van Desselgem, Beveren, Deerlyk en Waereghem, gemaeckt ten jaere 1764 door Joseph de Coster.
  • DEBROUWERE M., DUCATTEEUW E., Bevers schetsboek, Beveren-Leie, 1982, p. 74-80.
  • DESPRIET P., Het Goed te Schaeckx in Beveren-Leie, in 20 zuidwestvlaamse hoeven, Kortrijk, 1978, p. 42-49.
  • DUCATTEEUW E., VANDERMAELEN L., WANTE L., Historische kaart Waregem, in De Gaverstreke, jg. 20, 1992, p. 16-17.

Bron: VANWALLEGHEM A. & CREYF S. 2010: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Waregem, Deel I: Stad Waregem, Deelgemeente Sint-Eloois-Vijve, Deel II: Deelgemeenten Desselgem en Beveren-Leie, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL45, onuitgegeven werkdocumenten.
Auteurs: Vanwalleghem, Aagje; Creyf, Silvie
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Hoeve Te Schaeckx [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/208471 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.