In 1862 koopt het gemeentebestuur een roepsteen bij A. Dekeyser in Diksmuide. Er wordt tevens een "kappe boven de tribune" gemaakt. De roepsteen werd opgesteld tegen een pand vooraan in de Moerestraat (nummer 1), dicht bij het marktplein (huidig Sint-Maartensplein). Bij de wederopbouw van het in 1918 vernielde huis in 1920-1921 werd de roepsteen heropgericht tegen de scheidingsmuur van de Markt met het klooster. Bij de Marktvernieuwing van 1960 verdwijnt hij ook hier.
De blauwhardstenen steen met drie treden wordt in 1976 herplaatst tegen de westgevel van de zuidelijke zijbeuk van de kerk. De roepsteen diende traditioneel om berichten aan de bevolking mede te delen. Normaliter lag de roepsteen aan de ingang van de kerk zodat de veldwachter, de belleman of de gemeentebode na de zondagsmis de berichten aan de bevolking kon voorlezen.
ARREN R., De Koekelaarse dinsdagmarkt en haar invloed op het dorpsbeeld, in Coclariensia, jg. 6, 1987, p. 60-62, 69.
Bron: VANNESTE P. & BAERT S. met medewerking van BOONE B., CREYF S. & VRANCKX M. 2010: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Koekelare, Deelgemeenten Bovekerke en Zande, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL46, onuitgegeven werkdocumenten. Auteurs: Vanneste, Pol Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)