Vervallen boerenhuis met 17de-eeuwse kern, gelegen achter nieuw huis uit het derde kwart van de 20ste eeuw.
De hoeve is als dusdanig reeds aangeduid op de Ferrariskaart van 1770-1778: drie losse bestanddelen U-vormig rond het erf gegroepeerd, boomgaard en omwalling, ten zuiden van het huis grote tuin. Ten zuiden van de site op het einde van de 18de eeuw nog groot bosperceel. Bij de opmaak van de Atlas der Buurtwegen (circa 1835) is Karel Rapaert (Brugge) eigenaar: het huis is gelegen binnen een rechthoekig tuinperceel. De erfgebouwen liggen op een groot perceel met boomgaard ten noorden van het huis. Ten oosten van dit perceel is dan nog de structuur van een ruime wal aangeduid. Bij de mutatie van 1942 worden de nieuwe nutsgebouwen gebouwd ten westen van het huis, dit door August Sys-Heyndrickx, landbouwer uit Koekelare. Vermoedelijk in de decennia erna worden de oude nutsgebouwen gesloopt.
Achterin gelegen huis tegenover de Moerestraat (aangelegd in 1862), erg vervallen toestand. De oude omwalling ten noordoosten van het huis is nog bewaard zoals aangeduid op de Ferrariskaart (1770-1778) en het primitief kadasterplan (circa 1835). Eveneens restant van boomgaard. Het gebouw heeft een 17de- of 18de-eeuwse kern, zie onder meer de muurankers "…691", de opkamer onder hogere nok en de scherpe dakhelling (de dakhelling van de opkamer met nieuwe pannen is wellicht gewijzigd). Witgeschilderde, verankerde gele baksteenbouw onder zadeldak (rode Vlaamse pannen), de geknikte dakoverstek is vermoedelijk ingekort. Twee opkamertraveeën + drie traveeën. Licht getoogde muuropeningen onder strek. Op de opkamer is het houtwerk 19de-eeuws met T-indeling, dit in tegenstelling tot het houtwerk van de lagere traveeën dat mogelijk nog 18de-eeuws is: deur onder drieledig bovenlicht, raam met luiken (de oude scharnieren zijn deels bewaard), ramen met kruisindeling en kleine roedeverdeling, elementen om de luiken tegen te houden en te sluiten. Linker zijgevel (opkamer): keldervenster verdiept in korfboognis, in het gevelveld, bolkozijn met diefijzers, overhoekse steunbeer, de aandaken zijn vermoedelijk verwijderd, zie bewaarde aanzetsteen. Rechter zijgevel met twee kozijnvensters, sporen van vlechtingen, vermoedelijk verwijderde aandaken. 19de-eeuwse aanbouw onder lessenaarsdak. De achtergevel (zuidgevel) is quasi blind, enorme schuin oplopende steunbeer. Tegen de opkamer is een bakhuis aangebouwd onder zadeldak, hoge rechthoekige schoorsteen (volume als dusdanig reeds aangeduid op het primitief kadasterplan). Het ovenhuisje is gevat onder een lessenaarsdak. Tegen het bakhuis, bewaarde armpomp in een rechthoekige bakstenen constructie.
Het bewaarde nutsgebouw dateert slechts van 1942 en is zwaar verbouwd.
Bron: VANNESTE P. & BAERT S. met medewerking van BOONE B., CREYF S. & VRANCKX M. 2010: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Koekelare, Deelgemeenten Bovekerke en Zande, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL46, onuitgegeven werkdocumenten. Auteurs: Vanneste, Pol Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)