Statige neoclassicistische meergezinswoning op het smalle hoekperceel van de Edward Pecher- en de Kasteelstraat. Het grote pand werd rond 1912 gerealiseerd voor rekening van J. Doevenspeck, die ook op de hoek met de Lambermontplaats en de Emiel Banningstraat een pand liet optrekken. Fraai uitgewerkte neoclassicistische hoekpanden zijn een typisch element op het Zuid, waar de straatbeelden voornamelijk door neoclassicistische lijstgevels worden gedomineerd.
Het is een symmetrisch opgebouwd complex van vier bouwlagen onder mansardedaken, bestaande uit een hoekpand van drie + één + drie traveeën, in beide straten geflankeerd door een identiek, spiegelend pand van vier traveeën. Het hoekpand heeft neoclassicistische, bepleisterde en beschilderde lijstgevels, afgeboord met een houten kroonlijst om modillons, een lage hardstenen plint en ritmerende kordons. De afgeschuinde hoektravee is geaccentueerd door een brede rondboogdeur en een driezijdige houten erker waarop een balkon met ijzeren leuning. De deur geeft toegang tot de winkelruimte op de hoek, die brede etalagevensters kreeg in de tweede en derde travee. Het oorspronkelijke schrijnwerk van winkeldeur en etalages was gekenmerkt door bovenlichten met fijne roedeverdeling waarin ovale medaillons was verwerkt. Naast de winkelramen, drielicht uitgevend op de keuken en het kabinet horend bij de winkel. Op de verdiepingen, rechthoekige vensteropeningen in omlijsting met oren en sluitsteen. In de uiterste, smallere traveeën, een lage deur met bovenlicht naar de traphal leidend naar de appartementen op de verdiepingen; de smalle rechthoekige vensters zijn in functie van het trappenhuis tussen de bouwlagen geplaatst.
De aansluitende meergezinswoningen in de Kasteel- en Edward Pecherstraat, zijn identiek spiegelend uitgewerkt. Ook hier viel het zeer fijn uitgewerkte schrijnwerk op, een element dat deels bewaard is op de begane grond. De panden zijn iets hoger dan het hoekgebouw, met vier bouwlagen op verhoogde begane grond en vier ongelijke traveeën. Lijstgevels met kroonlijsten op klossen en modillons, hardstenen plint, imitatievoegen in de bepleistering van de begane grond, segmentbogige muuropeningen versierd met waterlijst met uitgewerkt sluitstuk. Het fraaie gekrulde ijzerwerk voor borstweringen en balkonleuningen is een opvallend element. Op de begane grond, twee naast elkaar gelegen voordeuren met entablement en hoog bovenlicht, waarvan één leidend naar de wooneenheid op de begane grond, en de tweede, in de uiterste travee, naar het trappenhuis dat naar de verdiepingen leidt.
- Stadsarchief Antwerpen, Bouwdossiers, 1912 # 581.