Dit eclectische ensemble met veelkleurige bakstenen parementen werd gebouwd in 1904, in opdracht van koopman in koloniale waren en conserven Camille Heerwegh-Van Hoffelen naar ontwerp van architect Jean De Vroey uit eind 1903. Het gaat om drie burgerhuizen en een bovenhuis met doorgang naar de achterliggende stallingen en magazijn.

De woningen nummers 5 en 11 zijn identieke, maar spiegelend uitgewerkte burgerhuizen van drie traveeën en drie bouwlagen op een hoog souterrain en onder zadeldak. Nummer 11 werd in 1927 in opdracht van Heerwegh verhoogd met een verdieping onder plat dak en uitgebreid met een nieuwe achterbouw, bij de aanpassing tot meergezinswoning. Lijstgevels met kroonlijst op consoles en met tandfries, hardstenen plint met rechthoekige, getraliede kelderopeningen. Het rode bakstenen parement is verlevendigd door veelkleurig siermetselwerk en door een sgrafittopaneel met florale motieven boven het centrale deurvenster met balkon. Elke bouwlaag is, overeenkomstig de eclectische principes, anders uitgewerkt: op de begane grond regelmatig geplaatste getoogde deur- en vensteropeningen; op de eerste verdieping een breed centraal deurvenster met boogveld en balustrade, geflankeerd door twee smalle vensteropeningen; op de tweede verdieping drie smalle vensteropeningen gevat tussen overhoekse pilasters die uitmonden in natuurstenen consoles waarop de kroonlijst rust. Deze woningen vormen aparte eenheden waarvan de kleine koer afgesloten is met een tuinmuur.

De woningen op nummers 7 en 9 zijn via de achterliggende koertjes met elkaar en met het haaks op de woningen gebouwde magazijn verbonden. De burgerwoning op nummer 7 was bedoeld als de eigen woning van koopman Heerwegh. De woning telt drie traveeën en drie bouwlagen op een souterrain en onder zadeldak. De lijstgevel is afgewerkt met een houten kroonlijst op klossen en met tandfries en met een hardstenen plint met keldervensters. Op de begane grond kennen de getoogde deur- en vensteropeningen een regelmatige plaatsing, op de verdiepingen zijn rechthoekige muuropeningen onder natuurstenen lateien en is de centrale venstertravee breder uitgewerkt, geflankeerd door smalle vensteropeningen in de zijtraveeën. Het rood bakstenen parement is verlevendigd door sgrafittopanelen boven en onder het centrale deurvenster. Het meest opvallende element aan deze eclectische gevel zijn de natuurstenen waterlijsten die op de bovenverdieping de vensteropeningen bekronen.

Nummer 9 is een iets lagere, smallere woning, in de bouwaanvraag omschreven als bovenhuis met bureel en doorrij. Het pand telt drie bouwlagen onder zadeldak en heeft een smalle deur- en een brede venstertravee. Op de begane grond bevindt zich een rechthoekige poortopening, via een doorgang uitgevend op de achterliggende stallingen en het magazijn van vier bouwlagen hoog onder plat dak. De rechthoekige voordeur leidt naar de burelen op de verdiepingen. Rode bakstenen lijstgevel met houten kroonlijst en hardstenen plint, verlevendigd door geel-zwarte bakstenen banden en siermetselwerk. Rechthoekige en getoogde muuropeningen, in de deurtravee in hoogte verspringend tegenover de venstertravee, wegens de achterliggende traphal.