Deze opvallende, eclectische woning met geel bakstenen parement werd rond 1910 gebouwd als "huis dienende tot verhuring in percelen" voor rekening van D. Mion.
Deze meergezinswoning telt drie traveeën en vier bouwlagen onder zadeldak. De indeling van het pand is typerend voor het begin van de 20ste eeuw, waarbij de eerste twee bouwlagen één woning vormen, toegankelijk via de rechter voordeur en op de andere bouwlagen telkens een appartement, toegankelijk via de traphal achter de linker voordeur. In de kelderverdieping zijn verschillende afgescheiden kelderruimtes voorzien.
De lijstgevel kreeg een geel bakstenen parement met gebruik van natuursteen voor kordons, sierbanden, balkon en borstweringen met balustrades. Deze materialencombinatie, samen met de polychrome reliëfs met plantenslingers onder de kroonlijst, geven de gevel een eclectisch cachet. Klassieke opbouw van de gevel, met houten kroonlijst op klossen, hardstenen plint, kordons en doorlopende onderdorpels, regelmatig geplaatste korfbogige muuropeningen. Nadruk op de centrale travee, met brede vensteropeningen, een fraaie houten erker op de bel-etage en twee opvallende consoles die de kroonlijst ondersteunen. Het houtwerk is gaaf bewaard; typerend voor de bouwperiode is de fijne roedeverdeling van de bovenlichten.
- Stadsarchief Antwerpen, Bouwdossiers, 1910 # 2011.