Opvallend, atypisch ensemble van twee burgerhuizen met art-nouveau-versieringen. De woningen werden gebouwd in opdracht van J. Donkers naar een ontwerp van Jules Hofman uit 1899.

Het gaat om twee panden van twee traveeën en vier bouwlagen onder laag zadeldak. De lage begane grond moet beschouwd worden als dienstverdieping, met een keuken, bureel (cabinet), washuis en gemak. Eetkamer en salon bevinden zich op de eerste verdieping, op de volgende verdiepingen slaapkamers.

De lijstgevels zijn afgelijnd door een houten kroonlijst op klossen en een hardstenen plint. Ze kregen een neoclassicistische parement, bepleisterd en wit geschilderd en voor de drie onderste bouwlagen voorzien van imitatievoegen. Rechthoekige vensteropeningen, die oorspronkelijk zeer regelmatig geplaatst waren, met ook op de begane grond twee muuropeningen, versierd met een driehoekige fronton en twee zijlichten. De aparte indeling van de gevel, waarbij de kordonlijsten de gevel indelen ter hoogte van de tussenstijlen van de vensters, en de opvallende, grillige art nouveau versieringen boven de vensters op de verdiepingen, geven de gevel echter een uitgesproken eclectisch karakter.