Deze neoclassicistische burgerwoning werd rond 1900 gebouwd als rentenierswoning voor F. Adams naar een ontwerp van architect François Durlet. De woning kreeg een vrij klassieke, gestandaardiseerde afwerking, aansluitend bij de doorsnee neoclassicistische burgerwoning die de basisbebouwing vormen op het Zuid en het karakter van deze stadswijk bepalen.

De woning telt drie traveeën en drie bouwlagen onder zadeldak, met een centraal houten dakvenster met fronton; de vleugel- en topstukken zijn verdwenen. Houten kroonlijst op klossen, hardstenen plint, kordons en doorlopende onderdorpels, imitatievoegen op de begane grond, regelmatig geplaatste rechthoekige muuropeningen in eenvoudige geprofileerde omlijstingen, centrale travee geaccentueerd door balkon met balustrade. Ornamentiek zoals de eenvoudige fries onder de kroonlijst en accoladevormige versiering van de borstweringen van de bovenvensters. Schrijnwerk deels bewaard.