is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Huis Van Roosmalen
Deze vaststelling is geldig sinds
Postmoderne meergezinswoning, gebouwd in opdracht van de interieurontwerper Will van Roosmalen, naar een ontwerp door de ArchitectenWerkGroep A.W.G. (bOb Van Reeth, Marc Van Bortel, Mica Franck, Geert Driesen) uit 1985-86. Het project op de hoek van de Sint-Michielskaai en de Goedehoopstraat, dat van bij de start twee duplexappartementen behelsde, kwam in twee stappen tot stand. Waar het ontwerp zich aanvankelijk tot het hoekperceel beperkte, besloot de opdrachtgever na het verkrijgen van de bouwvergunning ook het aanpalende pand aan de kaai in zijn plannen te betrekken. Daarop verdubbelde A.W.G. het volume in oppervlakte, evenwel zonder te raken aan de oorspronkelijke uitgangspunten van het ontwerp. Nog vóór de bouw werd het project bekroond met de Charles Wilfordprijs 1986. Aannemer was het Bouwbedrijf Peeters-De Keersmaeker uit Antwerpen, die de werken in 1988 voltooide. Voor de nieuwbouw werden twee neoclassicistische meergezinswoningen uit het laatste kwart van de 19de eeuw gesloopt. De woning Van Roosmalen luidde als een van de allereerste nieuwbouwprojecten de herwaardering in van de verloederde Scheldekaaien, en stond door zijn opvallende imago ook symbool voor de doorbraak van de nieuwe architectuur in Antwerpen. Enkele jaren later drukte het bureau van bOb Van Reeth opnieuw zijn stempel op de zuidelijke kaaien met een al even markant gebouw, het paviljoen van het Zuiderterras. Een idee omstreeks 1995, om de gevelopstand radicaal te transformeren vanwege bouwfysische problemen met de beschildering, vond uiteindelijk geen doorgang.
Met een contrastrijke gevelbeschildering in witte en zwarte stroken behoort het huis Van Roosmalen al sinds de bouw tot de architecturale iconen van de Scheldekaaien. Zijn meest opvallende kenmerk ontleent het huis bij wijze van hommage en pastiche aan het bekende, nooit uitgevoerde ontwerp van architect Adolf Loos voor de residentie van variété-artieste Josephine Baker in Parijs uit 1928. Het stralend zwart-witte gebouw dat ongewild de maritieme sfeer van schepen en strandcabines oproept, dringt zich zelfbewust op aan de banale bebouwing van de Sint-Michielskaai, destijds nog gekenmerkt door grauwe troosteloosheid en verval. Met een openheid die naar boven toe lijkt te groeien, buit de architectuur ten volle zijn prominente ligging en het panoramisch uitzicht op de Schelde uit, als een soort lichtbaken tussen water, land en lucht. De straathoek wordt extra gemarkeerd door de witte hoektoren, die virtuoos de dwingende horizontaliteit van zwart-witte stroken doorbreekt, en een soort scharnier vormt tussen straat en kaai.
Vijf bouwlagen hoog springt de bovenbouw met een plastische volumetrie boven de vlakke, met arduin beklede sokkel uit. In tegenstelling tot de pui die de afgeschuinde rooilijn van het hoekperceel volgt, breiden de woonverdiepingen zich met een zaagtandprofiel uit naar de weidse vistas over kaaien en Schelde. Monochrome halfronde kokers markeren de overgang naar de buurpanden en doorbreken als verticale accenten het dominante strokeneffect, waarvan het oppervlaktereliëf het zwart-wit-contrast nog versterkt. De opstand omhult en vertaalt de elementaire structuur van het gebouw: een eenvoudige stapeling van vloerplateaus doorboord en verenigd door verspringende trapkokers. Afmeting en situering van de raamopeningen maakt het functionele onderscheidt zichtbaar tussen de alternerende slaap- en woonniveaus van de duplexflats. De eigen woning van de opdrachtgever beschikt over een extra dakverdieping, opgevat als een beglaasd paviljoen in U-vorm rond het dakterras. Vrijstaande metalen schouwpijpen met spankabels, een vlaggenmast, windwijzer en relingen, roepen hier de sfeer op van een scheepsdek.
Waar de plattegrond in het oorspronkelijke concept vrij compact was georganiseerd, wonnen de flats door de uitbreiding van het project tot het buurpand aanzienlijk aan ruimtelijke kwaliteit. De combinatie van orthogonale en ronde vormen van het exterieur, wordt net als het kenmerkende zwart-wit-contrast herhaald in het interieur. Hiervan bepalen onder meer de trapkokers en de cirkelvormige begrenzing van de slaapkamers de structuur. De begane grond biedt ruimte aan het inkomportaal en de garages. Beide duplexflats bestaan uit twee slaapkamers met en suite badkamer en dressing op het eerste niveau, en een leefruimte met open plan waar de keuken bij aansluit op het tweede niveau. Een atelier neemt de dakverdieping in. De flats beschikken over aparte trapkokers die tegen de gemene muur zijde Goedehoopstraat aanleunen; in de eigen woning van de opdrachtgever verspringt de verticale circulatie tussen de drie niveaus evenwel naar de hoek van het gebouw, zoals zichtbaar in de gevelopbouw.
Auteurs: Braeken, Jo
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Is deel van
Goedehoopstraat
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Huis Van Roosmalen [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/209240 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Stad Antwerpen
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.