Rond 1911 laat Alphonse Peeters-Vervoort twee "caféhuizen" bouwen voor eigen rekening op de hoek van de Vlaamsekaai en de De Burburestraat. Dit type opbrengsteigendom, met een combinatie van handelsgelijkvloers en appartementen op de verdiepingen, is typerend voor de Vlaamsekaai. De panden spelen ofwel met een achterliggende opslag- of werkplaats ofwel met een café of winkel op de begane grond, in op de havensactiviteiten in de tegenovergelegen Zuiderdokken. De bouwstijl van het pand echter, eclectisch met gebruik van gele baksteen voor het parement, wijkt af van het algemene straatbeeld van de als stadsgezicht beschermde Vlaamsekaai, dat bijna integraal bestaat uit rode bakstenen panden in neorenaissancestijl. Op de hoek met de Verlatstraat werd rond 1906 een hoekpand met café gebouwd dat een gelijkaardige opbouw en gevelafwerking heeft als dit pand.
Het gaat om een hoekcomplex van twee woningen van drie smalle traveeën in de Vlaamsekaai + drie brede traveeën in de De Burburestraat en vier bouwlagen onder platte bedaking. Op de begane grond telkens een grote caféruimte met achterliggende keuken, geflankeerd door een gang met trappenhuis naar de bovenliggende appartementen. De kelders waren oorspronkelijk toegankelijk van op de straat met een kelderdeur en bevatten ruime bier-, voorraad- en kolenkelders. De lijstgevels hebben een geel bakstenen parement met banden siermetselwerk in rode en zwarte baksteen. Begane grond met gebruik van hardsteen voor plint en afgeschuinde hoek en een doorlopende, ijzeren puilijst met rozetten boven de rechthoekige muuropeningen. Het linker pand heeft een centraal etalagevenster met twee flankerende deuren; de woning op de hoek heeft een smallere, centrale etalage met links de deur naar de gang en trap, en op de hoek twee brede deurvensters. Op de verdiepingen segmentbogige vensteropeningen met siermetselwerk op de borstweringen; onder de kroonlijst een sierlijst met steigergaten.
- Stadsarchief Antwerpen, Bouwdossiers, 1911 # 1996.