Dit ensemble van drie neoclassicistische burgerhuizen werd in 1898 ontworpen door architect Willem Van Oenen voor rekening van Jos Daems. Architect Van Oenen was zeer actief in de stadsdelen die op het einde van de 19de eeuw werden ontwikkeld, onder meer de Meir en omliggende straten, Zurenborg en het Zuid. Hij ontwierp tientallen burgerhuizen, zowel in neoclassicistische als in eclectische, neorenaissance of in art-nouveaugetinte bouwstijl. Telkens koos hij voor een zeer verzorgde afwerking van de façades.

Dit ensemble van drie woningen is een uitstekend voorbeeld van de basisbebouwing die het meest voorkomt op het Zuid en die het homogene karakter van de wijk heeft bepaald. Er werd door investeerders vaak gekozen voor reeksen van drie woningen van drie traveeën en drie bouwlagen, waarbij de centrale woning iets hoger en rijker werd uitgewerkt. De woningen kregen een gestandaardiseerde, maar verzorgde opbouw en afwerking van de bepleisterde en witgeschilderde lijstgevels. Houten kroonlijst op klossen of consoles, hardstenen plint met betraliede, segmentbogige keldergaten, imitatievoegen op de begane grond. Indeling van de gevels met kordonlijsten en doorlopende onderdorpels, regelmatig geplaatste rechthoekige muuropeningen, accent op de centrale travee met een balkon op zware consoles en met gebuikte ijzeren leuningen. De vensters op de bel-etage zijn bekroond met een doorgetrokken entablement bij nummer 35 en met entablementen en centraal fronton bij nummers 33 en 37. Fraai schrijnwerk: dubbele houten paneeldeuren bij nummers 35 en 37; ijzeren deur uit het interbellum bij nummer 33. T-vensters en guillotineramen, bij nummer 33 met glas-in-loodruitjes.