Hoeve met oude boomgaard, achterin gelegen ten westen van de Swolstraat. Het geheel is omgeven door weides, hagen, knotwilgen en populieren. Losse bestanddelen L-vormig rondom het erf gegroepeerd. Rondom het huis, stoep van bakstenen op hun kant, ook stukje kasseien. Ten zuiden van het huis gietijzeren pomp geplaatst op een bakstenen sokkel (nu opgenomen in recente veranda).

Hoeve volgens het kadaster teruggaand tot 1850 wanneer een perceel afgesplitst wordt van een erg groot en grillig perceel; hierop wordt door eigenaar Charles Versavel, landbouwer uit Ichtegem een kleine hoeve met huis en parallel landgebouw gebouwd voor pachter en landbouwer Franciscus Cheyns. Het kadaster noteert in 1941 aanpassingen, vermoedelijk aan een reeds bestaande situatie: het boerenhuis wordt verlengd met één huistravee aan de oostzijde en een stalling aan de westzijde, het oude landgebouw ten zuiden van het huis wordt afgebroken en vervangen door twee nieuwe volumes haaks op en ten zuiden van het huis. Naar verluidt (informatie van de eigenaar) werd de huis- en staltravee aan de oostzijde gebouwd in 1938, mogelijk is deze verbouwing de aanleiding geweest van een correctie van een oudere toestand door het kadaster.

Ten noorden van het erf, boerenhuis (volume als dusdanig reeds aangeduid op de mutatieschets van 1854) met uitbreiding van oostelijke travee naar verluidt in 1938. De links of ten westen aansluitende geïncorporeerde stalling dateert vermoedelijk uit het laatste kwart van de 19de eeuw of het begin van de 20ste eeuw. Boerenhuis: witbeschilderde baksteenbouw boven gepekte plint, onder zadeldak (rode Vlaamse pannen) met geknikte dakoverstek. In de zuidelijke erfgevel getoogde muuropeningen onder strek en blauwhardstenen onderdorpels, bewaard houtwerk met T-indeling en grote roedeverdeling, wit en groen beschilderde luiken. In de noordelijke achtergevel, oorspronkelijk kleinere rechthoekige muuropeningen onder strek, deels gewijzigd (vernieuwd houtwerk, doch bewaard luik). Bewaarde interieurelementen: beschilderde balkenlagen met moer- en kinderbalken, bewaarde opgeklampte strokendeuren.

De aansluitende travee van circa 1938 is op de begane grond stalling, doch onder het dak (rode mechanische pannen) betrokken bij het huis: rechthoekige muuropeningen onder strek, in de geveltop twee vensters geflankeerd door beglaasd heiligennisje met kruisbekroning.

De ten westen aansluitende stalling is geritmeerd door getoogde muuropeningen onder strek. Hier onder meer paardenstal.

Ten zuiden haaks op het huis ingeplant dwarsschuurtje in stijl- en regelwerk (ankerbalkconstructie) met houten beplanking, op een bakstenen voeting.

Parallel met de schuur, bakstenen aardappelkelder onder zadeldak (golfplaten), naar verluidt daterend van 1926.

Bewaard in weide gelegen bakhuisje.