Hoeve "Goed te Boonhoge", toegankelijk via een lange erfoprit vanaf de Brugsesteenweg en bestaande uit interbellumwoonhuis en 19de-eeuwse landgebouwen. Op de kaart "Clarhout inde Boonhooge", in het landboek van de heerlijkheid Claerhout (1614), wordt op deze plaats reeds bebouwing weergegeven. Ten zuidwesten van de hoeve bevond zich het foncier van de op Pittem en Egem gelegen heerlijkheid "Boonhooghe", in de 17de eeuw nog deels omwald. In het landboek van Pittem (1761) wordt een solitair volume weergegeven, haaks op de straat. Een kruispunt van landwegen ten noorden van de hoeve wordt aangeduid als "de peerde marct". Op het primitief kadasterplan (circa 1830) worden drie langgestrekte volumes met twee kleine bijgebouwen, grosso modo in U-vorm rond het erf, weergegeven. In 1858 worden de landgebouwen volgens kadaster gedeeltelijk herbouwd. In 1937 registreert het kadaster de bouw van een nieuw woonhuis aan westzijde van het perceel. Ook aan de landgebouwen worden verbouwingen op plan opgetekend, onder meer een nieuwe uitbouw aan zuidwestzijde van de schuur.
Erf in losse verharding en deels bewaarde boomgaard, toegankelijk via een ijzeren hek. Ten westen van het erf een eenlagig boerenhuis in spiegelbeeldschema (voormalige tweewoonst?) van vier traveeën onder zadeldak in mechanische pannen. Rode baksteenbouw met rechthoekige muuropeningen onder betonlatei. Centraal smal venstertje, geflankeerd door een deur langs beide zijden, onder een over de drie openingen doorgetrokken latei. Bewaard houtwerk met horizontale roedeverdeling. Schrijnwerk in de andere muuropeningen vernieuwd. Vernieuwde achtergevel. Ten noorden van het erf bevindt zich een landgebouw in hoekopstelling. Verankerde baksteenbouw onder verspringende zadeldaken in mechanische pannen. Rechte houten schuurpoort voorzien van klinket. Stalgedeelte gekenmerkt door hoge vensters en houten deurtjes, onder witbeschilderde rechte betonlateien. Deels bewaarde kasseibestrating en bakstenen stoep. Zolderluik in de noordelijke gevel. Wagenhuis met twee inritten, voorzien van muuropeningen onder ijzeren I-latei in de westelijke vleugel. Later bijgebouwde loodsen en stallen.
- Kadasterarchief West-Vlaanderen, 207: Mutatieschetsen, Pittem, 1862/1, 1937/1.
- DE FLOU K., Woordenboek der toponymie van westelijk Vlaanderen, Vlaamsch Artesië, het land van den Hoek, de graafschappen Guines en Boulogne, en een gedeelte van het graafschap Ponthieu, Deel II, Brugge, 1921, kolommen 368-369.