Hoevetje uit de laatste decennia van de 18de of de eerste decennia van de 19de eeuw, zie nog niet afgebeeld in het landboek van Pittem van 1761 en de Ferrariskaart (1770-1778). Het primitief kadasterplan (circa 1830) geeft het woonhuis en haaks landgebouw wel weer. Naar verluidt opgericht als pachthoeve van de familie Joos de ter Beerst die circa 1875 het nabijgelegen kasteel bouwde als zomerresidentie.
Verhard erf met grasperk, ten noorden begrensd door een eenlagig woonhuis onder overkragend zadeldak in Vlaamse pannen. Verankerde rode baksteenbouw van vijf traveeën met getoogde muuropeningen waarin bewaard houtwerk (T-ramen en luiken). Ten oosten een aanbouw onder lessenaarsdak, voorheen varkensstal, met bewaard deurtje.
Aan westzijde van het erf een landgebouw op L-vormig grondplan onder zadeldak in Vlaamse pannen. Haaks op het woonhuis gesitueerde stalvleugel uit donkerrode verankerde baksteenbouw, met brede getoogde deuren, hoge stalvensters en houten laadvenster onder haaks zadeldakje. Gecementeerde plint. Later aangebouwde, haaks op de stal ingeplante schuur, thans volledig ingekapseld door laat-20ste-eeuwse aanbouwen.
Aan oostzijde van het erf een restant van een tabaksast.
- Rijksarchief Brugge, Gemeente Pittem. Oud Archief, nr. 28/6: "Nieuwe ommelooper ende terrier der prochie van Pitthem", door D. Seghers, 1761, kaart 8.