Hoeve, voornamelijk bestaande uit eind 18de-, begin 19de-eeuwse gebouwen op oudere site, gelegen in de beekvallei ten noorden van de Zwartegatbeek. Leegstaand.
Op het landboek van Pittem uit 1761 (27ste begin) wordt de hoeve weergegeven met twee parallelle volumes, haaks op straat gesitueerd. De kaart vermeldt "hofstede weduwe Meese". Het woonhuis wordt op de huidige plaats weergegeven, met ten oosten daarvan een grote poel, mogelijk restant van walgracht. Op het primitief kadasterplan (circa 1830) reeds weergegeven in de huidige L-vormige constellatie: de zuidelijke schuur is verdwenen en vervangen door een nieuwe schuur, parallel met de straat, aan straatzijde ligt een bakhuisje. Ten oosten van het boerenhuis en ten zuiden van het erf lagen twee poelen. Rond 1830 is de pachthoeve eigendom van vrederechter Ferdinand Amerlinck uit Pittem. In 1884 registreert het kadaster de nieuwbouw van een bakhuis op de plaats van het vorige. De schuur wordt uitgebreid met de aanbouwen onder lessenaarsdak aan erfzijde, twee jaar later ook aan westzijde. De verlenging van de woning door aanbouw van het wagenhuis doet zich vermoedelijk voor op het eind van de 19de of het begin van de 20ste eeuw.
Hoeve bestaande uit losstaande hoevegebouwen in donkerrode baksteenbouw onder pannen zadeldaken, in L-vormige constellatie rondom het begraasde erf met boomgaard, aan straatzijde afgezoomd door populierenrij en toegankelijk via ijzeren hek tussen overhoekse bakstenen pijlers. Ten noorden van het erf het boerenhuis van zeven traveeën, met oostelijke wagenhuisaanbouw. Gepekte plint. Getoogde muuropeningen met houten schrijnwerk (grote roedeverdeling), met luiken. Betegelde onderdorpels. Deuromlijsting in kleine gesmoorde baksteentjes, vernieuwde deur. Voorliggend bakstenen plankier, ter hoogte van de voordeur in visgraatverband. Aan achterzijde een opkamer boven voutekelder. Gecementeerde westelijke zijgevel met voegimitatie, recentere aanbouw onder lessenaarsdak.
Oostelijke wagenhuisaanbouw onder zadeldak in Vlaamse pannen, met inrit onder houten latei, laag getoogd deurtje (aardappelkelder?) met bovengaand zolderluik. Ten zuidwesten de schuur uit het eind van de 18de of het begin van de 19de eeuw, omgeven door diverse eind-19de-eeuwse aanbouwen onder lessenaarsdak. Gedichte asemgaten. Rechte schuurpoort onder houten latei. Vernieuwde noordwestelijke zijgevel.
Langsheen de straat een lang bakhuis onder golfplaten zadeldak (nok parallel met straat). Licht getoogde muuropeningen, deuropening in de langsgevel aan erfzijde. Ingestort ovendeel.
Ten westen van de hoevegebouwen ligt een huisweide omhaagd met meidoorn.
- Kadasterarchief West-Vlaanderen, 207: Mutatieschetsen, Pittem, 1884/8.
- Rijksarchief Brugge, Gemeente Pittem. Oud Archief, nr. 28/6: "Nieuwe ommelooper ende terrier der prochie van Pitthem", door D. Seghers, 1761, kaart 27.