Hoeve "Houtakkerhof", bestaande uit midden 19de-eeuwse en begin 20ste-eeuwse hoevegebouwen, op oudere site minimaal opklimmend tot het eerste kwart van de 17de eeuw, zie afbeelding in het renteboek van Pittem uit 1622. Op het primitief kadasterplan (circa 1830) worden een woning haaks op de weg en een parallel met de weg gelegen schuur weergegeven, op dat moment in bezit van landbouwer Joseph Coussens. In 1846 wordt het landgebouw herbouwd, zie jaartalsteen in de noordelijke zijgevel (herbouwing verkeerd geregistreerd door kadaster in 1865, correctie in 1926). Circa 1859 wordt aan straatzijde een cichorei-ast gebouwd. In 1923 worden de twee kleine landgebouwen langs de straat, de naastgelegen voormalige cichorei-ast en het woonhuis afgebroken en op initiatief van de familie Lauwers vervangen door een volume op L-vormige plattegrond langs de straat. In 1953 wordt het perceel ten noorden van de woning omgevormd tot tuin. Begin jaren 1960 wordt ten westen van de schuur een hangar bijgebouwd.

Langs de straat gelegen hoeve met verhard, deels gekasseid erf en groenaanplantingen. Ten noorden van het erf bevindt zich een statig boerenhuis van vijf/ drie traveeën en twee bouwlagen onder zadeldak in zwartgeglazuurde mechanische pannen. Erfgevel opengewerkt door segmentboogopeningen gevat binnen Brugse traveenissen, bij de centrale deurtravee oplopend in dakvenster onder trapgeveltje met overhoekse topstukken. Vernieuwd schrijnwerk. Boog- en tandfries onder een vernieuwde gootlijst. Plint, cordonlijst, consoles en dekstenen in blauwe hardsteen. Achtergevel gecementeerd met voegwerkimitatie, twee keldergaten. Ten oosten een lagere aanbouw onder half schilddak in zwartgeglazuurde mechanische pannen, in L-vorm aansluitend op het lagere stalvolume langs straatzijde. Verankerde baksteenbouw, erfgevel met rechthoekige muuropeningen onder latei en korfbogige ontlastingsbogen, opgevuld met metselwerk in visgraatverband, vernieuwd schrijnwerk. Aan noordzijde segmentbogige muuropeningen, twee keldergaten, tandfries. Deur onder latei en korfbogig veld met metselwerk in visgraatmotief.

Aangebouwd in hoekformatie onder verspringende bedaking een verankerde bakstenen stalvleugel, langs straatzijde met kleine getoogde stalvensters en poort onder ijzeren latei. Erfgevel met poorten, vensters en deur onder latei, tevens een segmentbogige deuropening onder strek. Laadluik onder dakoverstek. Ten westen van het erf een verankerde bakstenen schuur onder zadeldak in dubbel gegolfde mechanische pannen (nok parallel met straat). Erfgevel met korfbogige poort- en segmentbogige deuropeningen onder strek. Eén hoge poort met klinket. Kleine getoogde stalvensters. Deels gedicht wagenhuis met poort onder ijzeren latei. Voorliggende bakstenen stoep. Noordelijke zijgevel met jaartalsteen "1846" in de top. Achtergevel opengewerkt met ijzeren lateien.