Gekoppelde dorpswoningen van twee traveeën en twee bouwlagen onder zadeldak (mechanische pannen) op smalle, vrij diep lopende percelen. Ommuurde voortuintjes met gietijzeren hekken tussen bakstenen pijlers in de as van de deurtravee.

Gebouwd in 1910 door een herbergier uit Brussel die er zes woningen voorzag. Naar verluidt waren dit woningen voor de gendarmerie die vanwege sociale onlusten in Linkebeek hier een periode gestationeerd waren. Nummers 6 en 8 met bewaarde plattegrond.

Lijstgevels volgens repeterend schema, opgetrokken uit roodbruine baksteen met decoratief gebruik van witte baksteen voor de muurbanden, de rollagen en de spiegels op de borstwering. De muuropeningen zijn steekboogvormig en zijn bekroond door een rollaag met natuurstenen hoek- en sluitsteen. Aflijnende fries voorzien van panelen met cementtegels ter versiering.