Pijlerkapel in neobarokke stijl, gewijd aan Adreas Bobola en gebouwd in 1938-1939 ter hoogte van nummer 18.

De kapel werd gebouwd onder leiding van Romain Marissal (zie straatnota). Dat Andreas Bobola toen de jongst verklaarde heilige was (sinds april 1938), verklaart de keuze van de heilige. Hij was een zeer eenvoudige jezuïet die met veel ijver zijn apostolaat verrichtte tijdens de woelige zeventiende eeuw in het huidige Wit-Rusland. Hij kreeg bekendheid door zijn uitzonderlijk wrede marteldood en door het feit dat zijn lichaam op natuurlijke wijze mummificeerde en zelfs in barre omstandigheden bewaard bleef. De kapel werd ingewijd in maart 1939.

Pijlerkapel, opgetrokken uit ijzerhoudende zandsteen met sokkel in de vorm van twee spiegelende voluten. Segmentboogvormige nis met geknikte bovenhoeken onder geprofileerde druiplijst met uitspringende sluitsteen. Het geheel wordt bekroond door een gietijzeren kruis. In de nis, afgeschermd door glas en smeedijzeren figuratief traliewerk, staat een houten beeld met op de sokkel het opschrift "Sanctus Andreas Bobola".