Drie gekoppelde dorpswoningen van twee traveeën en twee bouwlagen + souterrain onder pannen (nummers 24 en 26) of kunstleien (nummer 28) zadeldak, in het kadaster geregistreerd in 1910.

Met schijnvoegen gecementeerde lijstgevels onderbroken door rechthoekige muuropeningen voorzien van I-profielen met rozetbouten, overal vernieuwd schrijnwerk. De gevels worden afgelijnd door een houten kroonlijst op modillons (nummer 24) of een kroonlijst bekleed met kunststof (nummers 26 en 28), verspringende kroonlijsthoogte door het hellende straatniveau.