Meergezinswoning in art-decostijl, in 1924 als vastgoedinvestering ontworpen door de architect Florent Vaes, in opdracht van zijn moeder de weduwe Richard Vaes. Vóór de Eerste Wereldoorlog succesvol geassocieerd met zijn schoonbroer architect Joan Coninck Westenberg, bouwde Vaes tijdens het interbellum een zelfstandige loopbaan uit in dienst van de betere kringen. Dit bescheiden ontwerp is representatief voor de discrete art deco van zijn realisaties in stedelijke omgeving uit de jaren 1920.
Het rijhuis met een verzorgde natuurstenen lijstgevel van drie traveeën, telt vier bouwlagen onder een plat dak. De gevelcompositie vertoont een volkomen regelmatige opbouw, waarbij de bovenvensters in rechthoekige lisenen zijn gevat. Sierlijke balkons met een eenvoudige smeedijzeren borstwering leggen de klemtoon op de eerste en de bovenste verdieping. Sluitstenen die op de eerste verdieping de typische vorm aannemen van een art-decobloemenkorf, vormen daarnaast de enige ornamentatie. Het houten schrijnwerk met kleine roedeverdeling bleef behouden, het voortuinhek werd verwijderd.
Volgens de bouwplannen omvat het gebouw vier bescheiden appartementen met een dooreenlopende plattegrond, verbonden door het trappenhuis. Zij bieden ruimte aan een woonkamer, een eetkamer, een slaapkamer, een keuken, en een badkamer.
- Stadsarchief Antwerpen, bouwdossiers 1924#18028 en 1925#20000.