Burgerhuis in eclectische stijl gebouwd in opdracht van de wisselagent Léon Nieberding, naar een ontwerp van architect Guillaume Rooses (inscriptie) uit 1910. De woning Nieberding behoort tot het latere werk van Rooses, die toen al een twintigtal jaar als architect actief was. In het overgrote deel van zijn productie bleef hij al die tijd trouw aan een veeleer conventioneel, klassiek geïnspireerd stijlidioom. Een volgende eigenaar, kledinghandelaar Antoine Arts, liet in 1924 achteraan het perceel door aannemer V. Merckx-Verellen een garage met bovenliggende speelkamers bouwen (Lokkaardstraat zonder nummer in situ 9, Antwerpen).

De rijwoning met een lijstgevel in natuursteen op een arduinen plint, omvat twee ongelijke traveeën, een souterrain en twee bouwlagen onder een mansardedak (leien). Asymmetrisch van opzet legt de gevelcompositie de klemtoon op de brede zijtravee, door middel van een driezijdige erker met balkon op de bel-etage, een entablementvenster op de bovenverdieping, en een dakkapel in de mansarde. Verder wordt de horizontale gevelgeleding nadrukkelijk belijnd door kordons, een balustrade en een klassiek hoofdgestel. Een gebroken driehoekig fronton op voluutconsoles bekroont de deur. De overige ornamentatie met cartouchesleutels, guirlandes, rozetten en een meanderfries, is vrij geïnspireerd op de Lodewijk XVI-stijl. Het houten schrijnwerk van de deur en vensters met kleine roedeverdeling in de bovenlichten bleef bewaard, net als het sierlijke smeedijzer van de keldertralies en het voortuinhek.

De plattegrond beantwoordt volgens de bouwplannen aan de klassieke typologie van de burgerwoning, waarbij het souterrain ruimte biedt aan een spreekkamer en de keuken met keukenlift. De bel-etage vormt een doorlopende suite van salon, eetkamer, wintertuin en terras, geflankeerd door de smalle vestibule, het trappenhuis en een kantoor. De bovenverdieping omvat twee slaapkamers, een badkamer en een linnenkamer, de mansarde twee voorkamers en een zolder. De garage is een eenvoudige constructie van drie bouwlagen en drie traveeën onder een plat dak, gekenmerkt door een decoratief metselverband in rode en witte baksteen. De pui werd volledig vernieuwd.

Nummers 52, 54, 56, 58, 60, 66 en 68. Enkelhuizen in neo-Lodewijk XV- (nummers 58 en 60) of neo-Lodewijk XVI-stijl met markante erkers bekroond door balkons. Volgens inscripties nummer 52 naar ontwerp van J. Bascourt, nummer 56 naar ontwerp van C. Rooses en nummer 60 naar ontwerp van C. Van der Voodt. Nummer 68 met mezzaninoverdieping en afsluitend driehoekig fronton.