Teksten van Burgerhuis in neo-Lodewijk XVI-stijl

https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/212818

Burgerhuis in neo-Lodewijk XVI-stijl ()

Burgerhuis in neo-Lodewijk XVI-stijl gebouwd in opdracht van Julien Van Kuyck, vermoedelijk een familielid van architect Walter Van Kuyck die in 1911 het ontwerp leverde. De bouwheer was verbonden aan de American Petroleum Company, de oliemaatschappij van Fréderic Speth. Van Kuyck ontwierp in 1909 al de naar type gelijkaardige woning Blockmans verderop in de Jan Van Rijswijcklaan. Beide woningen behoren tot het vroege oeuvre van de architect, die in 1901 debuteerde met het neotraditionele “In Het Huwelijksbootje” aan de Grote Markt. In zijn residentiële architectuur van vóór de Eerste Wereldoorlog vermengt hij diverse invloeden, vooral van de cottage- en de beaux-artsstijl, soms met een bescheiden art-nouveau-inslag.

Deze rijwoning met een lijstgevel in natuursteen op een arduinen plint, omvat twee ongelijke traveeën en vier bouwlagen onder een zadeldak. De gevelcompositie legt de klemtoon op het brede zijrisaliet, dat wordt bekroond door een driehoekig fronton. Een oplopende driezijdige erker met balkon markeert daarbij de eerste twee bouwlagen. Verder wordt de gevel horizontaal geleed in een sokkel met schijnvoegen, een bovenbouw met pilasters en doorlopende vensteromlijstingen, en een attiek met oculi. De neo-Lodewijk XVI-ornamentatie, met guirlandes, strikken, medaillons, chutes en parellijsten, is vooral geconcentreerd in het risaliet. Het houten schrijnwerk werd grotendeels vernieuwd, met behoud van de deur. Van het smeedijzeren voortuinhek met arduinen postamenten, is het gedeelte op de perceelsgrens met nummer 70 afkomstig van de woning Terwagne door Victor Horta hogerop in de Jan Van Rijswijcklaan.

Volgens de bouwplannen volgt de plattegrond de klassieke typologie van de burgerwoning, met op de begane grond een doorlopende suite van salon, eetkamer, veranda en terras. Deze wordt geflankeerd door de smalle vestibule en het trappenhuis, terwijl de office en de keuken de achterbouw innemen. Op de eerste verdieping bevinden zich twee slaapkamers, een 'cabinet de toilette', en een kantoor; de hogere verdiepingen beperken zich tot een voor- en een achterkamer. Een vernieuwde garage vervangt de oorspronkelijke tuinmuur in de Lokkaardstraat.

  • Stadsarchief Antwerpen, bouwdossiers 1911#460 en 1912#747.
  • S.N. 1913: Propriété de M.J.V.K., Avenue J. Van Rijswijck, 20, Anvers, Album de la Maison Moderne 5, 34.

Auteurs:  Braeken, Jo
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Burgerhuis in neo-Lodewijk XVI-stijl [online], https://id.erfgoed.net/teksten/136051 (geraadpleegd op ).


Enkelhuizen ()

Nummers 52, 54, 56, 58, 60, 66 en 68. Enkelhuizen in neo-Lodewijk XV- (nummers 58 en 60) of neo-Lodewijk XVI-stijl met markante erkers bekroond door balkons. Volgens inscripties nummer 52 naar ontwerp van J. Bascourt, nummer 56 naar ontwerp van C. Rooses en nummer 60 naar ontwerp van C. Van der Voodt. Nummer 68 met mezzaninoverdieping en afsluitend driehoekig fronton.


Bron: PLOMTEUX G. & STEYAERT R. met medewerking van WYLLEMAN L. 1989: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Stad Antwerpen, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 3nc, Brussel - Turnhout.
Auteurs:  Plomteux, Greet; Steyaert, Rita
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Burgerhuis in neo-Lodewijk XVI-stijl [online], https://id.erfgoed.net/teksten/136113 (geraadpleegd op ).