"Minardschouwburg", zo genoemd naar de bouwkundige Louis Minard die op eigen kosten de schouwburg met het koffiehuis oprichtte in 1846. Heringericht tussen 1905 en 1908 naar ontwerp van architect J.P. Ledoux. Voorgevel ontworpen door L. Minard volgens bouwaanvraag van 1846: bepleisterde en beschilderde lijstgevel van vijf traveeën met twee en een halve bouwlaag onder schilddak (kunstleien). Gemarkeerd middenrisaliet van drie traveeën met imitatiebanden op de begane grond voorzien van rechthoekige doorgangen naar de hal. Bel-etage met rondboogvensters met booglijst op imposten ondersteund door gekoppelde Ionische pilasters; stucwerk in de boogvelden en balusters in de borstwering. Bekronende rankwerkfries en kleine rechthoekige venstertjes in riemomlijsting met bekronend sluitstuk en saterhoofdje op de halve-verdieping. Zijtravee met deuren op de begane grond en rechthoekig omlijste bovenvensters onder druiplijst en medaillon met buste. Bekronend hoofdgestel met kroonlijst op gegroepeerde modillons; de oorspronkelijke attiek met balustrade en siervazen is verdwenen.

Sfeervol schouwburginterieur in een frivole stijl, rijkelijk versierd met vergulde stucornamenten en vrouwenfiguren, putti en atlassen voornamelijk rond de scène en loges. Drie sobere balkons lopen omheen de zaal.