Nagenoeg volledig ondergrondse betonnen constructie, gelegen in het bos Vierlingen, in de meest noordelijke hoek van het bos, ten noorden van de mijnkrater Caterpillar. In de onmiddellijke omgeving zijn nog talrijke restanten van betonnen constructies terug te vinden.

Historische achtergrond

De Caterpillar ("rups") was de Britse benaming voor de kunstmatige, kronkelende heuvelrug die ontstaan was ten gevolge van de graafwerken voor de aanleg van de spoorlijn Ieper-Komen, ten zuiden van die andere kunstmatige heuvel, later bekend als Hill 60. Het gebied rond Hill 60 en Caterpillar zou gedurende een groot deel van de oorlog vlak tegen de frontlijn liggen en vooral berucht worden door de ondergrondse oorlog, die hier gevoerd werd, met als "hoogtepunt" de ontploffing van een dieptemijn op 7 juni 1917 (Mijnenslag), waardoor de nabijgelegen krater Caterpillar ontstond. 

Het zou kunnen gaan om een Duitse ondergrondse schuilplaats, die tevens fungeerde als schietpostje.

Kenmerken

Bijna volledig ondergrondse constructie (circa 410 op 310 centimeter), deels afgerond. Het beton, samengesteld uit grove kiezels, is aan de buitenkant deels gegoten tegen zandzakjes, en is verstevigd met stalen balken. Het plafond binnenin is gegoten tegen houten planken. Het dak is plat en bevat verschillende openingen. Er zijn meerdere openingen zichtbaar, waaronder één deur- en één vensteropening. Binnenin is een deel van een binnenmuur te zien.