De neoclassicistische huizenrij van nr. 22 tot 30 werd in 1895-1896 ontworpen door architect S. Van Besten. Door de verbouwingen aan de gevels van nrs. 22, 26 en 30 is de uitwerking van de rij in twee ensembles niet meer zo duidelijk afleesbaar. De huizen op nrs. 24 en 28 bewaren een fraaie, gave neoclassicistische gevelafwerking.

Nrs. 22 tot 26 werden gebouwd als samenstel van drie woningen met dezelfde neoclassicistische gevelafwerking, maar met de centrale woning die één bouwlaag boven de flankerende huizen uitsteekt. J.B. Langcleer gaf de opdracht voor deze woningen in 1895. Het gaat om woningen van drie traveeën en twee of drie bouwlagen onder zadeldak. De standaard neoclassicistische afwerking van de lijstgevel bevat een hardstenen plint, houten kroonlijst, centraal balkon, imitatievoegen op gelijkvloers, rechthoekige muuropeningen met entablementen op de tweede bouwlaag. Bij nrs. 22 en 26 is de afwerking niet meer gaaf bewaard.

Het neoclassicistische burgerhuis op nr. 28 is samen met de identieke, maar ondertussen aangepaste woning op nr. 30 in 1896 ontworpen voor juffrouw C. Letzen. Het zijn enkelhuizen van drie traveeën en twee bouwlagen op hoog souterrain. Bij de bouw gevat onder zadeldaken, kreeg nr. 28 later een mansardedak. Lijstgevel met standaard neoclassicistische afwerking: hardstenen plint, houten kroonlijst op klossen en modillons, imitatievoegen op verhoogd gelijkvloers, muuropeningen in fraaie omlijsting: rechthoekige op gelijkvloers, segmentbogige op verdieping. Houtwerk is bewaard, evenals het fijne ijzerwerk voor het centrale balkon en voor de hoge keldervensters.