Burgerhuis in sobere art-nouveaustijl gebouwd in opdracht van de weduwe F. Jansen, naar een ontwerp door architect Jan Jacobs uit 1907. Het gebouw dat verwant is met de de woning Blaanbeen in de Fourmentstraat uit 1906, behoort tot het vroege art-nouveauwerk van Jacobs, die tijdens het interbellum een belangrijk oeuvre realiseert in art deco en modernisme.
Met een gevelbreedte van drie traveeën, omvat de rijwoning een souterrain en twee bouwlagen onder een gemansardeerd zadeldak. De sobere lijstgevel heeft een verzorgd parement in baksteen van verschillende tint, verwerkt met witte natuursteen voor hoekblokken en lateien, en blauwe hardsteen voor de dorpels en de plint. Regelmaat en symmetrie beheersen de compositie, met als opvallend kenmerk de hoekpenanten die boven de kroonlijst worden doorgetrokken tot postamenten. Naast het typische profiel van de lekdrempels en de vorm van de vensters, draagt dit element bij tot het ingehouden art-nouveaukarakter van deze architectuur, dat meer nadrukkelijk tot uiting komt in de smeedijzeren borstwering van het middenvenster en de kleurrijke fries in sgraffito of mozaïek onder de kroonlijst. Deze laatste, met een repetitief patroon van zonnebloemen, is sterk verwant met de fries van nr. 27, een gebouw uit 1905 dat aan Jacobs wordt toegeschreven. Waar de benedenbouw een klassieke indeling van korfboogopeningen vertoont, vormen de bovenvensters een drielicht met een centraal deurvenster, en lateien onder ontlastingsbogen. Het houten schrijnwerk, oorspronkelijk met kleine roeden in het bovenlicht, is deels vernieuwd; het smeedijzeren voortuinhek bleef intact.
De plattegrond volgt vermoedelijk de klassieke typologie van de burgerwoning, met oorspronkelijk de keuken in het souterrain. De indeling van de begane grond veronderstelt een suite van salon, eetkamer en veranda, geflankeerd door de inkom en het trappenhuis.
- Stadsarchief Antwerpen, bouwdossier 1907#971.