Burgerhuis in neotraditionele stijl gebouwd in opdracht van de weduwe Louis Delhaye, naar een ontwerp door architect Louis De Vooght uit 1922. De veeleer smalle, langgerekte rijwoning in halfopen bebouwing vormt een soort pendant met het hotel Kennes op het belendende perceel, een ontwerp van architect Frans Seroen uit 1913. De Vooght realiseerde vóór de Eerste Wereldoorlog al twee woningen van het type stadsvilla aan de Arthur Goemaerelei, het hotel De Hasque en zijn eigen woning met architectenbureau, beide echter ruimer van opzet. Eerder diende René Mössly een bouwaanvraag in voor een cottagevilla op dit perceel, naar een ontwerp van architect Alfred Portielje van 1921, die echter werd geweigerd.

De rijwoning in halfopen bebouwing van één bij vier traveeën telt twee bouwlagen onder een mansardedak (kunstleien). Voor- en zijgevel zijn opgetrokken in baksteenbouw, naar traditioneel voorbeeld verwerkt met natuursteen voor speklagen, hoekblokken, kozijnen en de plint. De lijstgevels, waarvan de hoekpenant is afgerond, zijn afgewerkt met een houten kroonlijst. Een bow-window, met een balkon en een drielicht hogerop, markeren de voorgevel. In de zijgevel ligt de klemtoon op de middenas, met drielichten, een rondboogportaal en een breed dakvenster. Een tweede bow-window verbindt het hoofdvolume en de lagere achterbouw, die met een uitgeholde hoekpenant uit het gevelvlak springt. Het houten schrijnwerk is behouden, een haag vervangt of verstopt het voortuinhek.

Volgens de bouwplannen wordt de plattegrond over de volledige breedte opgedeeld door de traphal met bovenlicht. Deze wordt op de begane grond geflankeerd door het salon en de eetkamer, beide met een bow-window, met aan de tuinzijde de veranda. De achterbouw herbergt de keuken, die via een wenteltrap verbonden is met de badkamer erboven. Op de eerste verdieping bevinden zich verder drie slaapkamers, op de mansarde twee overige kamers en een zolder.