Twee tegelijkertijd opgerichte villa's, tweewoonsten met een zeer vergelijkbare vormgeving in een sterk vereenvoudigde cottage-stijl, zijn gelegen op een groot en ondertussen rijkelijk beboomd terrein aan de Beekstraat. De villa's liggen een eindje van de straat en zijn toegankelijk via een private weg.
De villa's zijn ingeplant op lager gelegen grond langsheen de Molenbeek. Deze locatie werd vermoedelijk gekozen omwille van de beek die verder zuidwaarts de vijvers van het als stadsgezicht beschermde hoeve Hof te Lansrode en de Sint-Annahoeve bevoorraadt.
De beide villa's worden kadastraal geregistreerd in 1931, binnen een gebied dat op de kadasterkaart benoemd wordt als het "Spaniën Hof". In 1931 zijn de percelen in eigendom van Karel Jozef Amelinck, handelaar, gevestigd aan de Gevaertweg in Sint-Genesius-Rode. Het kadaster vermeldt twee maal "nieuwe opbouw huis". Het gemeentearchief bewaart de bouwaanvraag, eveneens uit 1931, naar ontwerp van architect Jean Janssens uit Koekelberg, waarbij maar één ontwerp, dat voor de rechter villa, werd ingediend.
De eigenaar stelde voor de bouw van de woningen architect Jean Janssens uit Koekelberg aan. Bij de bouwaanvraag in het gemeentearchief van Sint-Genesius-Rode bevindt zich eveneens een tuinplan. Mogelijk was de architect ook voor de tuinaanleg verantwoordelijk . Zeker is wel dat beide dubbelwoningen en de tuin als één geheel ontworpen werden. Zo wordt de waaiervormige roedeverdeling van de ramen overgenomen in de metalen brugleuning van de bewaarde tuinbrug.
Interessant is dat bij het dossier ook een plan van aanleg van de ruime tuinen behoort. Aanvankelijk was ten oosten van beide villa's een rechthoekige waterpartij voorzien, die echter alleen bij de rechter villa behouden bleef. Bij de rechter villa sluit die waterpartij aan op een reeks van vier met elkaar verbonden, meer natuurlijk uitziende vijvers, volgens het plan van de tuinen overbrugd door zes verspreide bruggen en aan de rechterkant aansluitend op een nabijgelegen beek.
De villa's hebben op het plan van de tuinen dezelfde grondvorm, terwijl ze in werkelijkheid in spiegelbeeld zijn opgetrokken. Mogelijk was het oorspronkelijk de bedoeling om twee identieke villa's op te richten en werd daarvan afgeweken. Een oude postkaart van de villa's toont goed de situatie met de voorliggende vijvers, van de huizen afgescheiden door een balustrade en toegankelijk via een trappartij. Op de postkaart is eveneens een spelevarend bootje te zien bij de rechter villa.
Beide villa's hadden aanvankelijk een L-vormig grondplan en zijn in spiegelbeeld gebouwd. Markant element is de toren in de oksel van de L, met bij de rechter villa één en bij de linker villa twee ingesnoerde tentdaken, voorzien van sierlijke bliksemafleiders.
Een foto van kort na de voltooiing van de werken, genomen van aan de gemeenschappelijke toegangsbrug aan de Beekstraat, biedt een blik op de woningen en het op dat moment nog rurale landschap dat zich achter de tuin uitstrekte. Dit charmante zicht wordt echter geblokkeerd door een houten schutting en op dat moment nog jonge gemengde aanplant van loof-en naaldhout die voor de nodige privacy moeten zorgen. Op de foto is ook geen opsplitsing in tuinen bij de verschillende eigendommen waar te nemen. Mogelijk kende de tuin aanvankelijk een gemeenschappelijk gebruik. De ligging vlakbij het station, het bord “à louer” in het raam en het bootje om te spelevaren op de vijver doen vermoeden dat de woningen bij aanvang (deels?) als verblijf voor vakantiegangers uit de hoofdstad bestemd waren. Enkele jaren later is de rechthoekige vijver bij de dubbelwoonst nrs. 39-41 gedempt. Vermoedelijk liep de tuin ook nog verder noordwaarts door. Op de topografische kaart van 1969 wordt daar nog een L-vormige vijver met brugje afgebeeld. Later is dit deel afgesplitst en bebouwd.
De villa's tellen twee tot drie (voor de torens) bouwlagen met een hoog souterrain, onder een samenstel van gedeeltelijk overkragende zadel- schild- en puntdaken, bedekt met mechanische pannen of leien. De voorgevel, een combinatie van een lijstgevel en een puntgevel, heeft een parement van baksteen en werd ter hoogte van het souterrain en van de tweede bouwlaag van een bepleistering voorzien. Bij de rechter villa werden op een gegeven moment een paar geschilderde versieringen (vlakke omlijsting ramen, imitatie-negblokken aan één zijde van de toren) aangebracht. Deze details worden niet aangegeven op de bouwplannen en zijn evenmin op de postkaart te zien.
De vensters van uiteenlopende formaten zijn rechthoekig. Het schrijnwerk, met waaiervormige bovenlichten, wijkt af van de bouwaanvraag maar is al te zien op de postkaart. Bij de linker villa werden enkele vensters van luiken voorzien.
Opvallend zijn de zware, rechthoekige, erkervormige uitbouwen onder platte daken die bij beide villa's aan weerszijden van het hoofvolume aanwezig zijn. Deze waren niet voorzien op de bouwplannen, maar zijn wel al te zien op de postkaart en werden sindsdien nog gewijzigd.
Volgens de plannen bij de bouwaanvraag was de villa aan de rechterzijde als tweewoonst ontworpen. Het linkerdeel van het volume enerzijds en de toren en het rechterdeel anderzijds vormen twee afzonderlijke woningen. Links achteraan geeft een gebogen trappartij toegang tot de traphal van de eerste woning, waarop de salon en de eetkamer uitkomen. De garage, de keuken en een "cave" en "refuge" zijn in het souterrain ondergebracht. Op de verdieping bevinden zich de badkamer, twee grote en één kleine slaapkamer. De rechter woning, met gebogen trappartij die naar de toren leidt, heeft een vergelijkbare indeling: het plan is hetzelfde als dit bij de woning in het linkerdeel, maar onder een hoek van negentig graden gedraaid.
Vandaag blijft van de oorspronkelijke tuinaanleg nog de rechthoekige vijver bij de dubbelwoning nrs. 43-45 bewaard. De vijver is afgeboord met een betonnen witgeschilderde balustrade, bestaande uit balustervormige pijlers tussen vierkante hekpijlers bekroond met eenvoudig vormgegeven tuinvazen. Een centrale brede tuintrap zorgt voor toegang tot het water. Het noordelijk tuingedeelte was vermoedelijk als een parkje ingericht, voorzien van een drietal organisch vormgegeven vijvers en volgens het ontwerpplan zes tuinbruggen. Ook hier is tussen twee vijvers dezelfde balustrade toegepast, maar bekroond met bolvormige, eenvoudige tuinvazen zonder voet. De huidige beplanting is vermoedelijk van recentere datum en bestaat deels uit spontane opslag.
Auteurs: De Houwer, Veerle; Michiels, Marijke
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: De Houwer V. & Michiels M. 2025: Dubbele villa's in eenvoudige cottage-stijl met tuin [online], https://id.erfgoed.net/teksten/451754 (geraadpleegd op ).
De twee tegelijkertijd opgerichte villa's, tweewoonsten met een zeer vergelijkbare vormgeving in een sterk vereenvoudigde cottage-stijl, zijn gelegen op een groot en ondertussen rijkelijk beboomd terrein aan de Beekstraat. De villa's liggen een eindje van de straat en zijn toegankelijk via een private weg.
De beide villa's worden kadastraal geregistreerd in 1931, binnen een gebied dat op de kadasterkaart benoemd wordt als het "Spaniën Hof". In 1931 zijn de percelen in eigendom van Karel Jozef Amelinck, handelaar, gevestigd aan de Gevaertweg in Sint-Genesius-Rode. Het kadaster vermeldt twee maal "nieuwe opbouw huis". Het gemeentearchief bewaart de bouwaanvraag, eveneens uit 1931, naar ontwerp van architect Jean Janssens uit Koekelberg, waarbij maar één ontwerp, dat voor de rechter villa, werd ingediend.
Interessant is dat bij het dossier ook een plan van aanleg van de ruime tuinen behoort. Aanvankelijk was ten oosten van beide villa's een rechthoekige waterpartij voorzien, die echter alleen bij de rechter villa behouden bleef. Bij de rechter villa sluit die waterpartij aan op een reeks van vier met elkaar verbonden, meer natuurlijk uitziende vijvers, volgens het plan van de tuinen overbrugd door zes verspreide bruggen en aan de rechterkant aansluitend op een nabijgelegen beek.
De villa's hebben op het plan van de tuinen dezelfde grondvorm, terwijl ze in werkelijkheid in spiegelbeeld zijn opgetrokken. Mogelijk was het oorspronkelijk de bedoeling om twee identieke villa's op te richten en werd daarvan afgeweken. Een oude postkaart van de villa's toont goed de situatie met de voorliggende vijvers, van de huizen afgescheiden door een balustrade en toegankelijk via een trappartij. Op de postkaart is eveneens een spelevarend bootje te zien bij de rechter villa.
Beide villa's hadden aanvankelijk een L-vormig grondplan en zijn in spiegelbeeld gebouwd. Markant element is de toren in de oksel van de L, met bij de rechter villa één en bij de linker villa twee ingesnoerde tentdaken, voorzien van sierlijke bliksemafleiders.
De villa's tellen twee tot drie (voor de torens) bouwlagen met een hoog souterrain, onder een samenstel van gedeeltelijk overkragende zadel- schild- en puntdaken, bedekt met mechanische pannen of leien. De voorgevel, een combinatie van een lijstgevel en een puntgevel, heeft een parement van baksteen en werd ter hoogte van het souterrain en van de tweede bouwlaag van een bepleistering voorzien. Bij de rechter villa werden op een gegeven moment een paar geschilderde versieringen (vlakke omlijsting ramen, imitatie-negblokken aan één zijde van de toren) aangebracht. Deze details worden niet aangegeven op de bouwplannen en zijn evenmin op de postkaart te zien.
De vensters van uiteenlopende formaten zijn rechthoekig. Het schrijnwerk, met waaiervormige bovenlichten, wijkt af van de bouwaanvraag maar is al te zien op de postkaart. Bij de linker villa werden enkele vensters van luiken voorzien.
Opvallend zijn de zware, rechthoekige, erkervormige uitbouwen onder platte daken die bij beide villa's aan weerszijden van het hoofvolume aanwezig zijn. Deze waren niet voorzien op de bouwplannen, maar zijn wel al te zien op de postkaart en werden sindsdien nog gewijzigd.
Het tuinperceel behoudt bij de rechter villa enkele tuinornamenten als de balustrades aan de waterkant en een sierlijke, ijzeren boogbrug met leuning met waaierpatroon.
Volgens de plannen bij de bouwaanvraag was de villa aan de rechterzijde als tweewoonst ontworpen. Het linkerdeel van het volume enerzijds en de toren en het rechterdeel anderzijds vormen twee afzonderlijke woningen. Links achteraan geeft een gebogen trappartij toegang tot de traphal van de eerste woning, waarop de salon en de eetkamer uitkomen. De garage, de keuken en een "cave" en "refuge" zijn in het souterrain ondergebracht. Op de verdieping bevinden zich de badkamer, twee grote en één kleine slaapkamer. De rechter woning, met gebogen trappartij die naar de toren leidt, heeft een vergelijkbare indeling: het plan is hetzelfde als dit bij de woning in het linkerdeel, maar onder een hoek van negentig graden gedraaid.
Auteurs: De Houwer, Veerle
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: De Houwer V. 2014: Dubbele villa's in eenvoudige cottage-stijl [online], https://id.erfgoed.net/teksten/162298 (geraadpleegd op ).