erfgoedobject

Monnikenhof

bouwkundig element
ID
213991
URI
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/213991

Juridische gevolgen

  • is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Monnikenhof
    Deze vaststelling is geldig sinds

  • is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Monnikenhof
    Deze vaststelling was geldig van tot

Beschrijving

Deels omgrachte 18de- en 19de-eeuwse U-vormige hoeve, met open zijde naar het noorden waar een landhuis daterend van 1924/1925 gesitueerd is. Het geheel is gelegen in een beboomd park, ten westen afgeboord door de oude spoorweg Tienen-Diest, nu wandel- en fietspad. Domein via het zuiden toegankelijk (Kasteellaan) door poortdoorgang met bakstenen hekpijlers, blauwe hardstenen dekplaten met bolornament (hek verdwenen). Vlak achter de inkom brugje over de Krommaasbeek. Noordelijke toegang via de Kwadestraat, bakstenen hekpijlers met blauwe hardstenen piramidevormig topstuk met bolornament. Vernieuwd hekwerk.

Historiek

Het Monnikenhof of de Vlierbeekwinning was een cijnshof van de abdij van Vlierbeek (vandaar de naam Monnikenhof). De eerste vermelding dateert van 1433. Op een kaart van 1663 wordt ze weergegeven als een hoeve met losstaande onderdelen in een rechthoekige omgrachting. Op de Ferrariskaart is het Monnikenhof geëvolueerd tot een quasi volledig gesloten geheel, nog steeds in een rechthoekige omgrachting. De huidige gebouwen hebben een 18de- en 19de-eeuws voorkomen (jaarstenen 1741 in westelijke, 1813 in oostelijke en 1814 in westelijke vleugel).

Op het primitief kadasterplan van 1828 staat de hoeve opgetekend als een quasi gesloten hoeve met enkele bijgebouwen, toegankelijk via een opening in de zuidelijke vleugel, mogelijk afgesloten met een muur. In de oostvleugel is het grote schuurvolume zichtbaar. Er zijn twee koeren, de grote zuidelijke, waarrond de eigenlijke hoeve gelegen is, en ten noorden aansluitend een kleinere, deels ommuurd, deels afgeboord door bijgebouwen. Het hof is gelegen in een gefragmenteerde omgrachting met eerder onregelmatige vorm. Op de Atlas van de Buurtwegen (1845-1847) en de Popp-kaart (1858) blijft de situatie ongewijzigd.

De hoeve werd als zwart goed verkocht op 28/09/1798, en doorverkocht aan Antonius Krosz, gewezen majoor bij de erewacht van Napoleon I. Hij liet de hoeve restaureren in 1835, maar in 1864 (kadastraal geregistreerd in 1865) renoveerde de familie Bervoets de hoeve heel wat ingrijpender. Het noordelijke binnenplein werd volledig afgesloten door gebouwen en een muur met toegangspoort ten noorden. Op een kadasterschets van 1906 is te zien dat de hoofdtoegang tot het complex, centraal in de zuidelijke vleugel, eveneens ingekleurd wordt. Dit wijst vermoedelijk op een overdekking van de voorheen open doorgang (zie bouwnaad boven inkompoort). Dit zou ook de gedichte schietgaten verklaren. Omstreeks deze tijd verloor de hoeve haar landbouwfunctie.

In 1922 werd het goed aangekocht door notaris en burgemeester Paul Talloen, die zorgde voor de meest ingrijpende verandering tot dan toe (kadastraal geregistreerd in 1925). Ongeveer de gehele noordelijke helft van de hoeve, inclusief woongedeelte (in de westvleugel) en schuur (oostvleugel) werd afgebroken. De noordelijke gebouwencluster rond de kleine binnenkoer werd behouden, de zuidvleugel werd hier echter omgevormd tot het huidige landhuis, mogelijk met gedeeltelijke recuperatie van het hoevegebouw dat zich op deze plek bevond (waarschijnlijk een gedeelte van het woongedeelte). De tweelaagse vleugel ten westen van de noordelijk binnenkoer werd notariaat, de tegenoverliggende éénlaagse vleugel was een tweede woongedeelte. Afgaand op foto's van 1988 werden deze twee vleugels ten noorden van het landhuis in 1924/1925 zo niet volledig heropgebouwd, dan toch zeer ingrijpend aangepast. In 1989 sloopten de nieuwe eigenaars deze vleugels, waardoor het landhuis vrij kwam te staan. Sinds 2008 werd de sterk vervallen hoeve gerestaureerd met relatief beperkte ingrepen wat het exterieur betreft (wel gewijzigde gevelordonnanties, overal vernieuwd schrijnwerk, behouden Vlaamse pannen, bewaarde dakconstructie), echter sterk aangepaste interieurs (onder andere verdiepte varkensstal, gewijzigde ruimteverdelingen, vernieuwde vloeren...).

Beschrijving

Hoeve in U-vorm met open zijde naar het noorden, ten zuiden voorafgegaan door restant van de omwalling. Centraal betonnen brug, houten brug rechts (ten oosten). Links (ten westen) licht verval via natuurstenen boord, ernaast betonnen brug. De hoeve is toegankelijk via centraal in de zuidelijke vleugel ingewerkt poortgebouw. Deze vleugel herbergde tevens de paardenstallen. De lagere oostelijke vleugel was een varkensstal. De westelijke vleugel bevatte de koestal. Eénlaagse verankerde bakstenen gebouwen onder zadeldaken (Vlaamse pannen), lijstgevels op – enkel aan de binnenzijde – met schijnvoegen gecementeerde plint.

Zuidvleugel van dertien traveeën met centraal poortgebouw. Boven de inrijpoort wapenschild met wapenspreuk 'Si carpis pungit' (als je ze plukt, steekt ze). Boven het wapenschild een kromstaf, symbool van een bisschop of abt. Vermoedelijk hier geplaatst bij de overdekking en verhoging van de toegang (kadastraal geregistreerd in 1906), herkomst onbekend. In het poortgebouw met schijnvoegen gecementeerde plint (en deels wand), links (ten westen) blauwe hardstenen rondboogdeur, rechts (ten oosten) deur met rechthoekige zandstenen omlijsting en blauwe hardstenen latei. Zowel links als rechts rechthoekig venster met houten omlijsting.

De zuidgevel heeft twaalf oeils-de-boeuf met bepleisterde omlijsting. In de noordgevel (erfzijde) poortdoorgang met bepleisterde en afgeronde hoeken en twee blauwe hardstenen rondboogomlijstingen met grote trapeziumvormige sluitsteen. In 1814 toegevoegd dakvenster. Rechthoekige vensters met blauwe hardstenen omlijsting. In het westelijk deel van deze vleugel zijn nog enkele blauwe hardstenen voederbakken bewaard.

Oostelijke vleugel van zes traveeën, eerste twee traveeën iets hoger opgetrokken. Oorspronkelijk de varkensstal. Tot rechthoekige vensters aangepaste deuren met blauwe hardstenen omlijsting, de middelste gedateerd "1814". Het interieur werd volledig aangepast door het verwijderen van binnenmuren en verlagen van de vloer. De buitengevel (oostelijke gevel) met gewijzigde ordonnantie, bepleisterde pseudo-muurbanden.

De westelijke vleugel, oorspronkelijk koeienstal, vertoont een gewijzigde ordonnantie met centraal blauwe hardstenen rondboogomlijsting met grote blauwe hardstenen sluitsteen. Hierboven dakvenster gedateerd "1741". Hoeken met gepleisterde hoekkettingen. Links twee rechthoekige poorten, de rechtse met blauwe hardstenen geprofileerde renaissance poortomlijsting, de linkse met blauwe hardstenen latei. Links zeker (mondelinge bron) en rechts vermoedelijk gerecupereerd. Kleine rechthoekige vensters met zandstenen lekdrempels en lateien, bij één venster echter in blauwe hardsteen. De buitengevel (westzijde) heeft zes rechthoekige vensters en één oeil-de-boeuf. Allen getralied, de rechthoekige vensters oorspronkelijk beluikt (zie duimen). Eerste, vierde en zesde venster met de oorspronkelijke vlakke zandstenen omlijsting met negblokken, de overige hebben een gepleisterde pseudo-zandstenen omlijsting met imitatievoeg. Gewijzigd interieur, bewaarde spanten en kepers met telmerken.

Ten noorden iets hoger gelegen bakstenen landhuis op met schijnvoegen gecementeerde plint. Vijf traveeën en twee bouwlagen onder schilddak met mechanische pannen. Centrale drie traveeën benadrukt door bakstenen lisenen met verwerking van blauwe hardsteen, bekroond door drie houten dakkapellen met rondboog- en driehoekig fronton, dakvensters geflankeerd door houten rolwerk. Grote rechthoekige vensters in vlakke blauwe hardstenen omlijstingen, in de eerste en laatste (vijfde) travee ontdubbeld door een zandstenen zuil op basement en met kapiteel. Centraal op het gelijkvloers rondboogvenster in vlakke blauwe hardstenen omlijsting. De vensters van de drie centrale traveeën van de eerste bouwlaag voorzien van opengewerkte borstwering met blauwe hardstenen balusters. Deuren eveneens in vlakke blauwe hardstenen omlijstingen. Lijstgevel bekroond door baksteenfries met zandstenen band en houten kroonlijst.

Landhuis voorafgegaan door terras met nieuwe en van elders afkomstige gietijzeren en smeedijzeren hek, hekpijlers en poort. Achtergevel met onregelmatige ordonnantie, rechthoekige vensters met blauwe hardstenen lateien en lekdrempels. Terras deels met ijzeren en glazen overdekking.

  • DENEEF R. (ed.). 2008: Hof van Vlierbeek. Historische tuinen en parken van Vlaanderen, M&L Cahier 16. Brussel, 18-20.
  • NESKENS, Daniël. 2010: Het Monnikenhof van Vlierbeek, Geetbets (onuitgegeven bouwhistorisch dossier). Geetbets.

Auteurs: Thomas, Hans
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties

  • Is deel van
    Park van het Monnikenhof


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Monnikenhof [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/213991 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.