is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Sint-Pietersgasthuis
Deze vaststelling is geldig sinds
is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Sint-Pietersgasthuis
Deze vaststelling was geldig van tot
is deel van de aanduiding als vastgesteld bouwkundig erfgoed Sint-Rafaël- en Sint-Pietersziekenhuizen
Deze vaststelling was geldig van tot
Het Sint-Pietersgasthuis omvat het gebouwencomplex uit de 19de en 20ste eeuw gevat tussen de Brusselsestraat en de twee overwelfde Dijlearmen. Het 19de-eeuwse gasthuis werd gebouwd in 1838-1868 door architect Alexander Van Arenbergh (1799-1877), volgens de richtlijnen van professor Jean-Marie Baud. Het Saint-André ziekenhuis van Bordeaux diende als inspiratie. Voor de neoclassicistische nieuwbouw werd het westelijke deel van het oude Sint-Elizabethgasthuis uit het ancien régime afgebroken. Enkel de hoeve, de kapel, de oostvleugel en een deel van de zuidvleugel van het kloosterpand zijn bewaard gebleven.
De gebouwen van het 19de-eeuwse Sint-Pietersziekenhuis waren geschikt langs twee rechthoekige binnenplaatsen. De noordelijke binnenplaats aan de Brusselsestraat was half open. Op de west- en oostzijde van de volledig ingesloten zuidelijke binnenplaats sloten telkens twee haakse ziekenzalen aan. In het eerste kwart van de 20ste eeuw werd tegen de zuidvleugel de afdeling kinderchirurgie aangebouwd, samen met een auditorium-operatiezaal en een auditorium voor de afdeling Inwendige ziekten. Sinds de bouw van het huidige Sint-Pietersziekenhuis tussen 1951 en 1967 resteert slechts de tijdens de 20ste eeuw grondig verbouwde 19de-eeuwse zuidvleugel en een deel van de toevoegingen uit het eerste kwart van de 20ste eeuw. Het geheel is nu in onbruik.
De 19de-eeuwse zuidvleugel van het Sint-Pietersziekenhuis – oorspronkelijk twee bouwlagen hoog - bestaat uit een centraal volume met halfronde uitbouw en twee zijvleugels van elk zes traveeën breed. In het eerste kwart van de 20ste eeuw werd de westelijke helft van de zuidvleugel met een verdieping verhoogd en werd de auditorium-operatiezaal er tegen aangebouwd. In de oostelijke helft van de zuidvleugel bleef na een grondige verbouwing in het derde kwart van de 20ste eeuw alleen de gevelwand van de eerste bouwlaag over.
Het parement in Gobertange kalkzandsteen van de eerste bouwlaag van de achtergevel is enkel bewaard in de oostelijke helft van de zuidvleugel. In het met roet aangekoekte parement met schijnvoegen zijn grote rondboogopeningen uitgespaard, deels nog met de originele roedeverdeling. De tweede bouwlaag van de westelijke helft van de zuidvleugel wordt getypeerd door het contrast tussen het baksteenmetselwerk en de lijsten van de rondboogvensters in Gobertange kalkzandsteen. In de westelijke dwarsgevel bleef een gedicht rondboogportaal met Dorisch-Toscaanse zuilen in hardsteen bewaard. De onderste bouwlaag van de halfronde uitbouw wordt geleed door Toscaanse pilasters op een hoge plint. Plint, pilasters, imposten en lijsten van de rondboogvensters en de lijst tussen eerste en tweede bouwlaag zijn in Gobertange kalkzandsteen, het metselwerk is in baksteen. De tweede bouwlaag van de uitbouw is volledig in baksteen. De derde bouwlaag van de zuidvleugel is in baksteen en wordt verlicht door rechthoekige vensters met lijsten in bleke natuursteen. De overdekking is een flauw schilddak. De halfronde aanbouw met het operatie-auditorium is in baksteen, met rechthoekige venstersopeningen. De westelijke dwarsgevel van het auditorium Inwendige ziekten wordt verlevendigd door banden in gele baksteen tussen het metselwerk in roodbruine baksteen.
Het oorspronkelijk 19de-eeuws interieur bleef enkel bewaard op de gelijkvloerse verdieping van de halfronde uitbouw (gestucte vensterlijsten, Ionische pilasters en moulures tegen het plafond). Het operatie-auditorium bevat nog de oorspronkelijke inrichting en technische uitrusting uit het tweede kwart van de 20ste eeuw. De overige vertrekken in de zuidvleugel hebben alle een vernieuwde inrichting uit de tweede helft van de 20ste eeuw.
Auteurs: Debonne, Vincent
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Onder de halfronde uitbouw van het Sint-Pietersgasthuis bevindt zich een bakstenen ijskelder met koepelgewelf.